Voormalig minister van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB), Dinotha Vorswijk, laat in reactie op bevindingen van de Rekenkamer weten dat zij het definitieve rapport over perceeluitgifte in 2023 nog niet heeft ontvangen.
Wel geeft zij aan dat haar ministerie uitvoerig heeft gereageerd op het conceptrapport, maar dat daarop tot heden geen terugkoppeling is gekomen vanuit de Rekenkamer. Volgens Vorswijk zijn er tijdens haar ambtsperiode verbeteringen doorgevoerd in het uitgifteproces.
De Rekenkamer van Suriname bevestigt echter in haar rapport dat er nog steeds structurele tekortkomingen bestaan binnen de administratie en procedures voor gronduitgifte. Het onderzoek richtte zich op percelen bestemd voor bebouwing, bewoning en land- en tuinbouw.
Onder de belangrijkste bevindingen vallen: vrij domein wordt niet openbaar gemaakt, zoals wettelijk vereist, nieuwe aanvragen worden niet gepubliceerd in het Advertentieblad van de Republiek Suriname en dossiers bevatten regelmatig niet de vereiste documenten, waardoor controle op rechtmatigheid wordt bemoeilijkt.
De Rekenkamer benadrukt dat het gebrek aan transparantie de kans vergroot dat onrechtmatige of bevriende toewijzingen plaatsvinden zonder publiek toezicht.
Opvallend is dat al in 2018 een vergelijkbaar onderzoek werd uitgevoerd met zelfs ernstiger uitkomsten. Destijds vond nauwelijks politieke of maatschappelijke opvolging plaats, waardoor dezelfde problemen anno 2023 voortduren.
Het instituut pleit voor: digitale, publiek toegankelijke registratiesystemen, een beter intern controlesysteem,
naleving van publicatieverplichtingen en versterkte verantwoording binnen het grondbeleid.
De samenleving volgt de ontwikkelingen met grote aandacht en wacht op duidelijke stappen vanuit de overheid om een eerlijker, transparanter en rechtmatiger grondbeheer te realiseren.



