Het overzicht van minister Stephen Tsang over dienstvoertuigen en gratis tanken bij Openbare Werken legt een diepgeworteld probleem van misbruik van publieke middelen bloot.
Dertig dienstwagens stonden bij ex-president Chan Santokhi thuis. Twintig zijn teruggehaald, maar van de tien die de ex-president wilde behouden, werden er uiteindelijk zeven ingeleverd.
Het idee dat een ex-president voertuigen privé kan houden terwijl het om staatsbezit gaat is ongehoord en toont een houding van eigendomsclaim op publieke middelen.
Nog zorgwekkender is de praktijk van gratis tanken door DNA-leden.
Eén voormalig lid, inmiddels directeur van een ziekenhuis, tankte in tweeënhalf jaar voor SRD 185.000 aan brandstof op kosten van de staat.
Dat dit jarenlang onopgemerkt bleef, wijst op een systeem waarin controle en verantwoordelijkheid ontbreken.
Tsang doet wat hij kan om transparantie te brengen, maar het is duidelijk dat politieke invloed en vriendjespolitiek het toezicht jarenlang hebben ondermijnd.
Burgers zien hun belastinggeld verdwijnen in privévoertuigen en tankpassen van politici. Openbare Werken moet eindelijk een cultuur van verantwoordelijkheid en controle invoeren.
Het is onacceptabel dat wie in het verleden publieke middelen gebruikte voor privévoordeel, niet direct verantwoording hoeft af te leggen. Deze zaak vraagt niet alleen geduld, maar actie en herstel van vertrouwen.
De boodschap is helder: publieke middelen zijn geen speelbal van politieke macht. Politici en ex-politici moeten leren dat hun privileges stoppen waar het nationale belang begint.
Transparantie, verantwoording en consequenties zijn geen optie, maar een plicht.
N. Mohari