USV roept op tot visionair leiderschap na benoeming Geerlings-Simons

De Unie van Surinaamse Vrouwen (USV), actief sinds 2003 (voorheen Nari Samaadj), heeft met grote waardering kennisgenomen van de benoeming van mevrouw Jennifer Geerlings-Simons tot eerste vrouwelijke president van de Republiek Suriname.

Volgens USV-voorzitter Asha Mungra markeert deze gebeurtenis een historische doorbraak in een politieke cultuur die decennialang werd gedomineerd door mannen op het hoogste niveau van besluitvorming.

“Deze benoeming is meer dan symbolisch. Het is een krachtig signaal aan jonge vrouwen en meisjes dat ook zij mogen dromen van, streven naar en verantwoordelijkheid dragen op het hoogste niveau,” aldus Mungra.

De USV feliciteert president Geerlings-Simons van harte met haar beëdiging op 16 juli en wenst haar de kracht toe om deze unieke verantwoordelijkheid met wijsheid, transparantie en integriteit te dragen.

De vrouwenorganisatie spreekt tevens de hoop uit dat deze historische mijlpaal zal bijdragen aan structurele hervormingen en versterking van de rechtsstaat, met bijzondere aandacht voor de bescherming van kwetsbare groepen, waaronder vrouwen en kinderen.

“Ware verandering komt niet voort uit symboliek alleen,” benadrukt Mungra. “Zij vereist moedig, eerlijk en visionair leiderschap, zeker in een land dat al te vaak is geconfronteerd met corruptie en institutionele zwakte.”

De USV neemt met belangstelling kennis van de toezeggingen in de inaugurele rede van de president, vooral met betrekking tot sociale programma’s, armoedebestrijding en bescherming van kwetsbare groepen.

Als onafhankelijke vrouwenorganisatie blijft de USV zich onverminderd inzetten voor sociale rechtvaardigheid, gendergelijkheid, en het recht op een menswaardig bestaan voor iedere burger.

Tot slot feliciteert de USV ook de vicepresident en ministers met hun benoemingen en wenst de gehele regering kracht, wijsheid en integriteit toe in het belang van het Surinaamse volk.

“Leiderschap is geen kwestie van geslacht, maar van geweten. Moge deze benoeming het begin zijn van een diepgaande en blijvende verandering.”