GFC NIEUWSREDACTIE- “Het is een eer voor Suriname om als land leiding te mogen geven aan het regionaal beleid.”
Zo benadrukte president Chandrikapersad Santokhi tijdens een op zaterdag 2 juli gehouden persconferentie. Het staatshoofd is per 1 juli 2022 tot en met 31 december 2022 voorzitter van de Caricom.
De persconferentie was aansluitend op een bilateraal gesprek tussen de Surinaamse regeringsleider en Caricom secretaris-generaal Carla Barnett. De laatstgenoemde zat ook aan bij de persconferentie.
President Santokhi heeft de aanwezige lokale en internationale media voorzien van eerstehands informatie over de 43ste Reguliere Caricom Staatshoofdenconferentie in het algemeen, maar ook over de onderwerpen waarover de staatshoofden en regeringsleiders van de regionale organisatie zullen delibereren.
“Er spelen”, aldus het Surinaamse staatshoofd, “momenteel issues in de wereld en de regio die om aandacht vragen.” Volgens hem zijn in dit kader regionale standpunten en regionaal leiderschap nodig.
“De stem van Suriname zal duidelijk hoorbaar zijn naar de regionale en wereldgemeenschap”, aldus het staatshoofd tijdens het persmoment op het presidentieel paleis.
Caricom secretaris-generaal Barnett benadrukt dat er enorm werk is verzet om de Caricom Staatshoofdenconferentie voor te bereiden.
“Ook de agendapunten zijn met zorgvuldigheid opgesteld. Deze moeten leiden tot constructieve en effectieve discussies. Uit de discussies moeten er oplossingen geformuleerd worden voor diverse vraagstukken”, aldus de hoge functionaris van de Caricom.
Tijdens de conferentie zullen onderwerpen zoals productie, integratie, wegwerken van handelsbarrières en productiebeleid aan de orde komen.
“Wij zullen ook delibereren over onderwerpen regarderende de relatie van de Caricom met rest van de wereld”, voegt de secretaris-generaal eraan toe.
Zowel president Santokhi als de hoge functionaris leggen er de nadruk op dat de Caribische regio collectief zal moeten optrekken om complexe vraagstukken aan te pakken.
Zij bleven ook stilstaan bij het bezoek van de secretaris-generaal van de Verenigde Naties (VN) António Guterres.
Beide functionarissen zien de volkerenorganisatie als een belangrijke ontwikkelingspartner voor de regio.
