Minister Stephen Tsang van Openbare Werken en Ruimtelijke Ordening (OWRO) wil zo min mogelijk ambtenaren thuishebben.
Hij zegt dat ambtenaren aan het werk moeten. “Ik wil zo min mogelijk mensen thuis hebben. Als ze moeten komen werken, moeten ze werken”, aldus de bewindsman op vragen van de pers.
Op een vraag over de kritiek op de benoeming van Grasella Jozefzoon tot waarnemend directeur Onderzoek en Dienstverlening op het ministerie van OWRO, gaf de minister aan de sentimenten te begrijpen.
“We komen uit een periode waarin ‘friends and family’ meerdere dubbele functies kregen. Wat Jozefzoon betreft: zij was door de vorige minister thuisgezet.
Ze gaf me al die tijd waardevolle adviezen over het ministerie van OW, aangezien zij directeur was van de Wegenautoriteit. Toen de positie vacant was, heb ik haar gevraagd of ze wilde waarnemen, omdat zij voor mij de meest geschikte persoon was”, deelde de bewindsman.
Tsang vindt het jammer dat de benoeming zo breed is uitgemeten. Eerder deze maand werd Jozefzoon door president Simons geïnstalleerd als lid van de Staatsraad.
“Voordat ik haar vroeg om waar te nemen, heb ik contact opgenomen met de Staatsraad en gevraagd of dit haar functioneren zou belemmeren.
“De Staatsraad gaf aan dat nagenoeg alle leden een eigen baan of functie hebben, dus het zou geen probleem moeten vormen.
“Overigens was mevrouw Jozefzoon thuisgezet met behoud van haar salaris. Er zijn dus geen extra salariskosten voor de overheid. Mijn uitgangspunt is dat ik zo min mogelijk mensen thuis wil hebben.”
Ten aanzien van de ontheffing van directeur Indersing Gangabisoensingh van het directoraat Openbaar Groen & Afvalbeheer (OGA), zei Tsang dat de functionaris buiten functie is gesteld naar aanleiding van een brief van de Interne Controle.
“Er werden misstanden geconstateerd bij OGA. Omdat hij de leidinggevende is, heb ik hem gevraagd tijdelijk een stap opzij te zetten, zodat het onderzoek vlot kan verlopen. Voor de duidelijkheid: niemand wordt gecriminaliseerd.
” Ik kan de man niet in functie laten zolang het onderzoek loopt. Ik vraag begrip van de samenleving, want het gaat niet om het criminaliseren van mensen, maar om het belang van het onderzoek”, aldus de bewindsman.