Kort voor zijn aftreden heeft de vorige president een presidentieel besluit genomen dat de machtsverhoudingen binnen de rechtsstaat ingrijpend verandert.
Met één handtekening kreeg de Procureur-Generaal bij het Hof van Justitie een uitzonderlijk brede volmacht over vrijwel alle personeelsaangelegenheden van het Openbaar Ministerie (OM).
Wat op papier wordt gepresenteerd als een stap richting verzelfstandiging, roept in de praktijk fundamentele vragen op over macht, toezicht en democratische legitimiteit.
Besturen via volmacht in plaats van wet
De kern van het probleem is niet de wens om het OM meer autonomie te geven, maar de manier waarop dit gebeurt.
In plaats van een wet in formele zin — behandeld en goedgekeurd door De Nationale Assemblée — is gekozen voor een presidentieel besluit.
Daarmee wordt vooruitgelopen op wetgeving die nog niet bestaat. Dit creëert een voldongen feit en zet het parlement feitelijk buitenspel.
Autonomie die niet via wetgeving maar via volmacht wordt geregeld, mist democratische verankering en ondermijnt het principe van de trias politica.
Ongekende machtsconcentratie
De verleende volmacht gaat ver, zeer ver. De Procureur-Generaal bepaalt voortaan zelfstandig over:
aanstelling, bevordering, schorsing en ontslag;
disciplinaire maatregelen;
beloningsstructuren en toelagen;
de organisatiestructuur en het personeelsreglement;
salarisadministratie en personeelsregistratie.
Hiermee wordt één functionaris zowel beleidsmaker, uitvoerder als controleur binnen dezelfde organisatie. Dat is bestuurlijk efficiënt, maar rechtsstatelijk riskant.
Checks and balances uitgehold
Traditioneel zorgen ministeries en centrale ambtelijke regelgeving voor tegenwicht, toezicht en uniformiteit. Die rol wordt nu gereduceerd tot “faciliterend”.
Daarmee verdwijnen cruciale checks and balances. Zeker bij het Openbaar Ministerie — dat burgers vervolgt, dossiers beheert en macht uitoefent namens de staat — is dat geen detail, maar een fundamenteel risico.
De vraag dringt zich op: wie controleert de controleur?
Timing wekt argwaan
Dat dit besluit vlak voor het aftreden is genomen, maakt het extra gevoelig. Grote institutionele hervormingen horen het resultaat te zijn van breed maatschappelijk en parlementair debat, niet van bestuurlijke haast aan het einde van een ambtstermijn.
De timing voedt de indruk dat een onomkeerbare situatie is gecreëerd waar de nieuwe regering mee moet leven.
Een zelfstandig en professioneel Openbaar Ministerie is essentieel. Maar autonomie zonder democratische controle is geen vooruitgang, het is een risico.
De rechtsstaat vraagt niet alleen om onafhankelijke instituties, maar ook om duidelijke grenzen, toezicht en legitimiteit.
De echte hervorming begint niet bij volmachten, maar bij wetten.
N. Mohari
Dit artikel betreft een ingezonden opiniestuk. Voor de publicatie van ingezonden artikelen hanteren wij specifieke voorwaarden. Voor meer informatie of om zelf een ingezonden bericht te sturen, kunt u contact opnemen via [email protected] of direct via WhatsApp.
Let op: Publicatie van opiniestukken houdt niet in dat GFC Nieuws het eens is met de inhoud








