NDP-topper, gewezen parlementariër en minister van Volksgezondheid André Misiekaba stelt dat de indieners van initiatiefwetten niet wettelijk verplicht zijn om het Openbaar Ministerie (OM) vooraf te consulteren.
Daarmee reageert hij op de recente uitlatingen van procureur-generaal Garcia Paragsingh, die publiekelijk haar verontwaardiging uitsprak over twee initiatiefwetten die het functioneren van het vervolgingsapparaat raken.
Volgens Misiekaba is de gevolgde procedure volledig in lijn met de Surinaamse rechtsorde.
“De initiatiefnemers waren niet verplicht het OM te consulteren bij de totstandkoming van deze wetten,” benadrukt hij. “Het parlementaire proces biedt voldoende ruimte voor inbreng van alle relevante actoren.”
Commissie van rapporteurs kan OM horen
Misiekaba wijst erop dat binnen De Nationale Assemblée (DNA) een commissie van rapporteurs wordt ingesteld die de wetsvoorstellen zal behandelen. Deze commissie kan besluiten om het OM te horen, maar ook dat is geen verplichting.
“Het is wenselijk dat het OM wordt gehoord, maar het is geen juridische vereiste,” aldus Misiekaba. “Dat is precies waarom het parlementaire debat bestaat: om argumenten, bezwaren en alternatieven zorgvuldig te wegen.”
Wetgeving is samenwerking tussen DNA en regering
Andere critici onderstrepen dat wetgeving in Suriname tot stand komt via een constitutionele samenwerking tussen De Nationale Assemblée en de regering. Publieke druk of framing van het wetgevingsproces als ‘dictatoriaal’ achten ze onterecht.
“Laten we niet vergeten dat volksvertegenwoordigers een eigen initiatiefrecht hebben. Dat recht is een essentieel onderdeel van onze democratische rechtsstaat,” wordt aangevoerd.
Procureur-generaal Paragsingh gaf aan dat het OM met verontwaardiging via de media kennis heeft genomen van de initiatiefwetten.
Volgens haar is het ongehoord dat wetten die het OM direct raken zijn ingediend zonder voorafgaand overleg, en kwalificeerde zij de werkwijze als opleggend en zelfs dictatoriaal.







