De recente oproepen tot gratieverlening voor de veroordeelden in de 8 Decemberzaak brengen ons land opnieuw op een kruispunt.
De emoties aan beide zijden zijn begrijpelijk. Enerzijds is er het diepe litteken van een historisch drama dat nooit vergeten mag worden; anderzijds klinkt de roep om vergeving, herstel en politieke erkenning van een deel van de samenleving.
Toch is het essentieel om te beseffen: gratie is geen daad van emotie, maar van verantwoordelijkheid.
Een gratiebesluit mag nooit gestuurd worden door partijpolitieke belangen, maar moet geworteld zijn in moreel besef en maatschappelijk draagvlak.
Gratieverlening is een uitzonderlijk instrument binnen een rechtsstaat — en kan pas aan de orde zijn wanneer de samenleving, de rechtsorde én de betrokkenen er klaar voor zijn.
Wijsheid vraagt om het juiste moment
Er is wijsheid nodig om in te zien dat de tijd voor gratie nog niet rijp is. Dat betekent niet dat het voor altijd uitgesloten moet zijn, maar wel dat een dergelijk besluit pas mogelijk is na een diepgaand en transparant proces van reflectie, erkenning en dialoog.
De samenleving heeft het recht om te weten dat gerechtigheid haar plaats behoudt. Tegelijk mag de deur naar verzoening niet gesloten blijven. We moeten die deur op het juiste moment openen — niet omdat we onder druk staan, maar omdat we als natie gegroeid zijn.
Een pad naar nationale heling
Wat zou dat pad kunnen zijn? Allereerst door het gesprek aan te gaan. Het gaat niet om de vraag ‘gratie: ja of nee’, maar om wat gerechtigheid, erkenning en verzoening vandaag voor Suriname betekenen.
Een onafhankelijke Nationale Waarheids- en Verzoeningsraad kan hierin een rol spelen: een platform waar nabestaanden, veroordeelden, juristen, burgers en historici samenkomen om het verleden onder ogen te zien. Het doel is niet om het verleden weg te maken, maar om het te begrijpen en samen vooruit te kijken.
Daarnaast zou het parlement of een representatieve burgerraad kunnen adviseren over de morele en maatschappelijke voorwaarden waaronder gratie in de toekomst mogelijk zou kunnen zijn. Bijvoorbeeld:
Erkenning van de feiten door betrokkenen
Zolang er ontkenning is, blijft de wond open. Pas wanneer de waarheid onder ogen wordt gezien, kan genezing beginnen.
Een open dialoog met de nabestaanden
Verzoening ontstaat niet op papier, maar in menselijke ontmoeting. In gesprek komen — hoe moeilijk ook — kan zorgen voor wederzijds begrip en innerlijke ruimte.
Publieke genoegdoening of educatie over het verleden
Door het verleden een plaats te geven in onderwijs, herdenking of maatschappelijke inzet, transformeren we schuld tot verantwoordelijkheid.
Deze stappen maken duidelijk dat gratie geen ontwijking is, maar het slotakkoord van een bewust proces — een proces waarin persoonlijke groei, maatschappelijke heling en nationale volwassenheid samenkomen.
Zonder bewustwording verliest gratie haar waarde. Als gratie geworteld is in erkenning, verantwoordelijkheid en groei, is het geen teken van zwakte, maar een krachtig bewijs van wie wij als gemeenschap willen zijn.
Alleen wanneer we het verleden niet ontlopen, maar er moedig doorheen gaan, ontstaat er een pad waarin gratie geen verdeeldheid zaait, maar een brug slaat.
Een brug tussen recht en vergeving. Tussen verleden en toekomst.
Robby Tjauw-Foe
Dit artikel betreft een ingezonden opiniestuk. Voor de publicatie van ingezonden artikelen hanteren wij specifieke voorwaarden. Voor meer informatie of om zelf een ingezonden bericht te sturen, kunt u contact opnemen via [email protected] of direct via WhatsApp.
Let op: Publicatie van opiniestukken houdt niet in dat GFC Nieuws het eens is met de inhoud