VHP-parlementariër Mahinder Jogi was er als de kippen bij om president Jennifer Simons te beschuldigen van woordbreuk vanwege de betrokkenheid van haar echtgenoot, Glenn Geerlings, bij een landbouwgesprek in Guyana.
Volgens Jogi had minister Mike Noersalim van Landbouw de gesprekspartner moeten zijn, en niet de “First Gentleman.”
Maar critici zetten grote vraagtekens bij de plotselinge verontwaardiging van Jogi en de VHP.
“Het is mooi om nu de mond vol te hebben over belangenverstrengeling, maar laten we eerlijk zijn: wie zijn de grootste profiteurs van het systeem?
“Politici die jarenlang hun zakken hebben gevuld met domeingronden en privileges,” stelt een politiek waarnemer.
Hypocrisie ten top
Het verwijt van woordbreuk door de president is ernstig, maar volgens velen ongeloofwaardig uit de mond van Jogi. “Laat Jogi eerst eens verantwoorden hoeveel hectaren domeingrond hij persoonlijk in bezit heeft.
Terwijl de gewone Surinamer soms meer dan tien jaar moet wachten op een klein perceel, kregen parlementariërs en hun vrienden vaak met één pennenstreek enorme stukken grond toegewezen,” aldus een criticus.
De verontwaardiging van de VHP’er wordt door velen dan ook gezien als selectieve verontwaardiging: principieel roepen om integriteit, maar zelf structureel de hand lichten met regels.
Het echte probleem: een rot systeem
De kwestie-Geerlings legt vooral een groter probleem bloot: een politieke cultuur waarin zowel coalitie als oppositie consequent gebruikmaken van hun machtspositie voor eigen voordeel.
“Of het nu gaat om een president die haar echtgenoot een podium geeft of een parlementariër die zich verrijkt met domeingrond – in beide gevallen betaalt de samenleving de prijs,” concludeert een bestuurskundige.
Wat Suriname volgens critici nodig heeft, is geen selectief moreel vingertje, maar een structurele hervorming van hoe macht en privileges in dit land werken. Zolang dat niet gebeurt, blijft de politiek een toneel van hypocrisie, waarin leiders vooral met de vinger wijzen naar elkaar, maar zelden de spiegel durven op te pakken.