President Jennifer Simons heeft een werkgroep geïnstalleerd die belangrijke stappen moet zetten binnen het vraagstuk van grondenrechten en decentralisatie.
De werkgroep, die gisteren op het kabinet is benoemd, bestaat uit zes leden en zal de president rechtstreeks adviseren.
Focus op tribale en inheemse volken
De president acht het van groot belang dat de inzichten en belangen van tribale en inheemse volken worden meegenomen in het beleidsproces.
Met de installatie van de werkgroep is een formeel traject gestart om deze perspectieven structureel te integreren.
Om de voortgang nauwgezet te volgen, zal de president maandelijks werkbesprekingen houden met de werkgroep.
Adviesorgaan van het staatshoofd
Volgens presidentieel woordvoerder Roberto Lindveld fungeert de werkgroep als een werkarm van het staatshoofd bij de voorbereiding en uitvoering van de aangekondigde regeringsplannen.
Het doel is om helder in kaart te brengen wat nodig is op het gebied van grondenrechten van inheemse en tribale volken, waarbij ook rekening wordt gehouden met bestaande documenten, zoals het FPIC-document van de VIDS.
Verwachtingen en realisme
Lindveld geeft aan dat de verwachting van het staatshoofd is dat het vraagstuk uiteindelijk wordt opgelost, al vergt dit tijd.
Daarbij is het aan de werkgroep om te inventariseren welke vervolgstappen noodzakelijk zijn, gezien de complexiteit van de situatie van in stamverband levende en inheemse gemeenschappen.
Samenstelling en werkwijze
Presidentieel adviseur grondenrechten en decentralisatie Edgar Dikan licht toe dat de werkgroep bestaat uit hemzelf, Armand Jurel, Theresia Cirino, Mike Nerkust, Martin Misiedjan en Sarwan Ramai.
De groep zal de president adviseren via inventarisatie, evaluatie en overleg met alle betrokken actoren, met als doel een breed maatschappelijk draagvlak. Het proces is volgens Dikan dynamisch en gericht op de lange termijn.
Samenwerking met gemeenschappen
Dikan benadrukt dat samenwerking met lokale gemeenschappen essentieel is voor het slagen van de missie. Door gezamenlijk op te trekken ontstaat draagvlak en eigenaarschap, wat bijdraagt aan duurzame resultaten.
Stap voor stap moet zichtbaar worden dat er daadwerkelijk vooruitgang wordt geboekt, zodat de samenleving vertrouwen houdt in het traject.
Bron: gov.sr







