Suriname heeft sinds de onafhankelijkheid zeker 3 generaties Surinaamse jongeren verloren en of zien verarmen.
De ene na de andere financiële crisis heeft in de afgelopen 50 jaar vooral de ene na de nadere generaties jonge Surinamers het land uitgejaagd of als de jongeren dan toch achterbleven tot op het bot verarmd en vernederd tot “Straathoek hangers” belichaamd door het satirisch koppel, “Dada en Dodo” dat nu een sociaal begrip en studiemateriaal is geworden voor antropologen en ander maatschappij, armoede en cultuur studenten.
En dat heb ik het over financiële en geestelijk mentale armoede, wat we zien en ervaren. Armoede onder Surinaamse jongeren als sociaal maatschappelijk probleem is evident.
Geen een Surinaamse regering heeft zich in de afgelopen 50 jaar bewust beziggehouden met de aanpak van de hardnekkige armoede en welzijn onder jongeren, dit terwijl de jongeren de volgende generatie burgers zijn van een land.
Suriname is niet het enige land hierin. En in dit artikel onderbouw ik mijn observatie en vraag ik hiermee bewust aandacht voor dit generationeel probleem.
Iets wat bij bepaalde etnische groepen in Suriname zo hardnekkig van aard is dat zonder overheidsingrijpen de zaak alleen nog erger zal worden.
Terwijl Ghetto Mama NPS (de luizen partij), en de Ghetto Papa de NDP, hoog van toren blazen met hun anti-koloniale rhetoriek, begrijpen ze niet wat zich afspeelt vlak voor hun neus. Of ze zien het wel maar ze zijn druk bezig hun zakken te vullen door de stelen van de volgende generatie.
Want dat is wat Ghetto Mama NPS en Ghetto Papa NDP hebben gedaan. Ze hebben constant geld gestolen van het volk met allerlei rommel projecten (West-Suriname grote zoon NPS-er Essed en de NDP dieven die Ghetto nog groter hebben gemaakt dan ooit door 10 jaar lang geld te lenen en het land in de grootste crisis van de geschiedenis gestort).
Jammer is dat ook nu geen een politieke partij in Suriname aanpak van armoede onder jongeren in haar plan heeft opgenomen als pijler van toekomstig beleid. En zo durf ik te stellen dat de Surinaamse politiek blind en doof is voor een nijpend probleem waar ze dagelijks mee geconfronteerd wordt.
Dit gemis is een goed voorbeeld van Viagra politiek, oud, dom en inert denken. Onderontwikkeldheid van partijen en partijleiders en hun domme kortzichtige adviseurs.
Armoede als structureel probleem
In de meeste ontwikkelingslanden vormt de jeugd het grootste demografische segment van de bevolking. In Afrika ten zuiden van de Sahara is meer dan 60% van de bevolking jonger dan 25 jaar.
In Zuid-Azië, Latijns-Amerika en het Caribisch gebied is dit percentage eveneens significant. Ondanks hun numerieke dominantie worden jongeren in ontwikkelingslanden systematisch geconfronteerd met sociaaleconomische uitsluiting, armoede, werkloosheid en een gebrek aan perspectief — met verstrekkende gevolgen voor hun gezondheid, veiligheid en ontwikkeling.
Volgens de Wereldbank leven wereldwijd meer dan 700 miljoen mensen onder de internationale armoedegrens van $2,15 per dag. Een groot deel hiervan bestaat uit jongeren en kinderen.
In Sub-Sahara Afrika leeft 40% van de jongeren in extreme armoede. In Zuid-Azië is dat 30%, aldus UNICEF. Deze armoede beperkt zich niet alleen tot een gebrek aan geld, maar omvat ook ontoereikende toegang tot onderwijs, gezondheidszorg, schoon water, huisvesting en voedsel.
De maatschappelijke tol van jeugdarmoede
Armoede onder jongeren leidt tot een cascade van sociale problemen:
1. Tienerzwangerschappen
Volgens het Guttmacher Institute vinden jaarlijks wereldwijd circa 21 miljoen zwangerschappen plaats bij meisjes tussen de 15 en 19 jaar in ontwikkelingslanden.
De meeste daarvan zijn onbedoeld. Deze jonge moeders verlaten vaak voortijdig de school, verliezen economische kansen en brengen hun kinderen in dezelfde armoedespiraal waarin zij zelf zijn geboren. De gezondheidsrisico’s zijn aanzienlijk: complicaties bij zwangerschap en bevalling zijn de leidende doodsoorzaak bij meisjes in deze leeftijdsgroep.
2. Criminaliteit en jeugdgeweld
Jeugdarmoede en werkloosheid leiden vaak tot frustratie, sociale vervreemding en verhoogde vatbaarheid voor criminele netwerken. In Latijns-Amerika, met name in landen als El Salvador en Honduras, rekruteren bendes zoals de Mara Salvatrucha en Barrio 18 jongeren uit achterstandswijken die weinig alternatieven hebben. Volgens UNODC-rapporten (United Nations Office on Drugs and Crime) is de jeugdcriminaliteit in deze regio’s exponentieel toegenomen in samenhang met armoede en gebrek aan sociale vangnetten.
3. Gezondheidscrises
Jongeren in armoede hebben minder toegang tot gezondheidszorg, wat leidt tot hoge aantallen HIV-infecties, ondervoeding, mentale gezondheidsproblemen en sterfgevallen door behandelbare ziekten. In Nigeria bijvoorbeeld leeft een op de drie jongeren met een onbehandelde ziekte of beperking die hun school- en arbeidskansen ernstig beperkt.
4. Radicalisering en migratie
Armoede, marginalisering en uitzichtloosheid vormen ook een voedingsbodem voor radicalisering. In regio’s als de Sahel in West-Afrika worden jongeren doelbewust geronseld door extremistische groeperingen die hen een “alternatief toekomstperspectief” bieden.
Tegelijkertijd wagen honderdduizenden jongeren jaarlijks de levensgevaarlijke oversteek naar Europa of Noord-Amerika in de hoop op een betere toekomst — met duizenden doden en talloze mensensmokkelgevallen tot gevolg.
Internationale reacties en tekortkomingen
Hoewel tal van programma’s bestaan – zoals het Youth Employment Program van de ILO, het Youth2030-initiatief van de VN en investeringen van NGO’s zoals Save the Children en Plan International – blijven de structurele oorzaken van jeugdarmoede vaak onaangeroerd. Veel regeringen worstelen met corruptie, gebrekkige coördinatie en een gebrek aan lange termijn visie.
Bovendien blijkt uit onderzoek van de Wereldbank dat slechts een klein percentage van de internationale ontwikkelingsgelden daadwerkelijk directe impact heeft op jongeren. Projecten blijven te vaak steken op beleidsniveau, zonder concrete implementatie op lokaal terrein.
Een generatie op het spel
De situatie is Suriname niet anders. Armoede onder jongeren is een genegeerd probleem. En dat heb ik het over financiële en geestelijk mentale armoede.
De gevolgen van jeugdarmoede reiken verder dan individuele levens. Ze vormen een bedreiging voor de sociale cohesie, economische groei en politieke stabiliteit van hele naties. Een jonge bevolking zonder toekomstperspectief is geen ‘demografisch dividend’, zoals vaak wordt beweerd, maar een tikkende tijdbom.
Als deze trend niet wordt gekeerd, dreigt een hele generatie verloren te gaan aan marginalisering, wantrouwen in instituties, en levenslang sociaal isolement.
Wat is nodig?
- Gerichte investeringen in onderwijs en vaardigheden die aansluiten op de arbeidsmarkt.
- Toegang tot reproductieve gezondheidszorg om tienerzwangerschappen te voorkomen.
- Mentale gezondheidszorg en psychosociale ondersteuning, met name in post-conflictgebieden.
- Microfinanciering en ondernemerschapsprogramma’s voor jongeren in rurale en stedelijke gebieden.
- Sterke jeugdinclusieve beleidsvorming, waarbij jongeren actief worden betrokken bij het ontwikkelen van hun eigen toekomst.
Laat dit nog een belangrijke en oprechte aanvulling zijn in de papiertijgers die in de vorm van campagne documenten nu rondslenteren.
Slotgedachte
Armoede onder jongeren is geen individueel falen, maar een structureel maatschappelijk probleem dat vraagt om politieke moed, internationale solidariteit en lokale actie. De toekomst van ontwikkelingslanden hangt af van wat we vandaag doen voor hun jongeren.
De “Dada en Dodo’s” zijn een maatschappelijk fenomeen die gecreëerd is door Ghetto Mama NPS en Ghetto Papa NPD. Geen een hindoestaan, President of minister, werkgever of buurman “Koelie”, heeft ooit een slaaf gehad, of een ex-slaaf gedomineerd of gemarteld.
“De Koelie” heeft gewerkt voor haar land en volk en heeft zo haar eigen gezin kunnen redden uit de klauwen van de vernietigers. “ De Koelie” heeft iedereen gelijk behandeld en daar waar de mogelijkheid was geholpen.
Papa Lachmon eiste ruime 9 miljard gulden aan verdragsmiddelen in de onderhandeling over de onafhankelijkheid van Suriname. De NPS en andere gingen akkoord met 3 miljard. Toen begon het dom denken al, de verloedering van Suriname was toen al feitelijk ingezet.
De slaven werden door hun eigen mensen, de “Redi Moesoes” gemarteld, hun eigen “Blaka Mangs” martelden hun eigen mensen.
En dit zien we ook weer terug in de Surinaamse politiek; het zijn de Ghetto Mama partij de NPS en de Ghetto Papa partij de NDP, het zijn deze redi-moesoes, die structureel door waardeloos rommel beleid, geld lenen en plannen, West-Suriname geld verbrassen, die de Surinaamse Ghetto en de “Dada en Dodo’s” hebben gecreëerd en hebben laten groeien.
Zelf woont de Ghetto Papa en Mama niet in de Ghetto, maar zogenaamd willen ze de Ghetto helpen.
Surinamers wakker worden, jongeren wakker worden, stem niet op een partij die kenmerken van de “Redi-Moesoe’s” hebben, duidelijk aangetoond de afgelopen 50 jaar, en luister vooral niet naar die Ghetto Mama en Ghetto Papa, want die hebben de Redi-Moesoe politiek gevoerd waardoor je vandaag arm bent.
Wees verstandig stem voor je toekomst op een partij die nu laat zien dat ze de olie en gas inkomsten bereid zijn te delen met je.
Dr. Ashwin Ramcharan RO

Dit artikel betreft een ingezonden opiniestuk. Voor de publicatie van ingezonden artikelen hanteren wij specifieke voorwaarden. Voor meer informatie of om zelf een ingezonden bericht te sturen, kunt u contact opnemen via info@gfcnieuws.com of direct een WhatsApp-bericht versturen.
Let op: Publicatie van opiniestukken houdt niet in dat GFC Nieuws het eens is met de inhoud