Het ministerie van Olie, Gas en Milieu (OGM) heeft een belangrijke workshop georganiseerd over het nationaal beheer van gevaarlijk afval.
Tijdens deze bijeenkomst brachten vertegenwoordigers uit verschillende sectoren hun expertise samen om nationale prioriteiten te valideren en input te leveren voor een haalbaarheidsstudie naar de ontwikkeling van een centrale opslagfaciliteit.
De workshop werd gehouden in het kader van het internationale ISLANDS-programma, gefinancierd door het Global Environment Facility (GEF) en uitgevoerd in samenwerking met het Basel Convention Regional Centre for the Caribbean (BCRC-Caribbean).
Het programma ondersteunt kleine (eiland)staten bij het verantwoord en duurzaam beheer van chemicaliën en gevaarlijke afvalstoffen.
De opening werd verricht door de waarnemend onderdirecteur voor Leefomgeving en Ecosystemen van het ministerie, Jiechel Kasandiredjo.
Zij onderstreepte dat de inbreng van de aanwezige stakeholders essentieel is om beleidsopties uit te werken die niet alleen haalbaar en uitvoerbaar zijn, maar ook duurzaam bijdragen aan de bescherming van mens en milieu.
Tijdens de workshop werden twee belangrijke lopende projecten uitgelicht:
Ontwikkeling nationale roadmap gevaarlijk afvalbeheer
Inclusief een demonstratieproject, ondersteund door TAUW B.V., dat gericht is op praktische en realistische uitvoeringsopties.
Haalbaarheidsstudie centrale opslagfaciliteit
Uitgevoerd door ILACO N.V. en TAUW B.V., met daarbij speciale aandacht voor verbetering van de situatie op de vuilstortplaats Ornamibo.
De eerste resultaten van deze projecten werden gepresenteerd door mevrouw Ilona van der Kroef (Team Leader TAUW) en mevrouw Shareen Koenjbiharie (Team Leader ILACO). Zij benadrukten dat het ontbreken van een centrale opslaglocatie aanzienlijke risico’s met zich meebrengt.
Zonder adequate opslag kunnen gevaarlijke stoffen in het milieu terechtkomen, wat niet alleen brandgevaar en milieuschade veroorzaakt, maar ook ernstige gevolgen kan hebben voor de volksgezondheid.
De nationale roadmap zal zich richten op concrete en haalbare maatregelen voor de komende tien jaar. Daarbij wordt niet alleen gekeken naar wet- en regelgeving, maar ook naar directe verbeteringen in afvalstromen die momenteel onvoldoende worden verwerkt.
Medisch afval werd genoemd als voorbeeld: de huidige opslag is vaak ontoereikend en verwerkingsopties zijn beperkt.
Voor de haalbaarheidsstudie blijft de beschikbaarheid van betrouwbare data een grote uitdaging. Om de faciliteit optimaal te kunnen ontwerpen, moet duidelijk zijn welke typen gevaarlijk afval in welke hoeveelheden worden geproduceerd.
Hoewel er reeds waardevolle informatie bestaat, zijn er nog aanzienlijke datalacunes die moeten worden aangevuld.
Ook internationale best practices kwamen aan bod. Zo werd gewezen op de noodzaak van een verbeterde registratie van afval bij binnenkomst op de stortplaats — zowel naar type als naar volume — en een betere inrichting waarbij afval gescheiden wordt opgeslagen en correct gelabeld blijft.
Binnen beide projecten worden tevens trainingen verzorgd voor inspecteurs en betrokken instanties, zodat toezicht en handhaving verder kunnen worden versterkt. Dit moet bijdragen aan een toekomstbestendig systeem voor veilig en verantwoord beheer van gevaarlijk afval in Suriname.



