Luchtvervuiling, ook door het verbranden van huisvuil, kan op de lange termijn de kans op overgewicht en suikerziekte vergroten.
Dat blijkt uit een nieuwe studie van de Universiteit van Zürich die is verschenen in het internationale medische tijdschrift JCI Insight.
De onderzoekers ontdekten dat langdurige blootstelling aan fijnstof, dat zijn heel kleine schadelijke stofdeeltjes in de lucht, invloed heeft op het bruine vet in het lichaam.
Dat vet helpt normaal om suiker en vet te verbranden en speelt een belangrijke rol bij het op peil houden van de bloedsuiker.
Wanneer het bruine vet minder actief wordt door luchtvervuiling, stijgt het risico op overgewicht en type 2-suikerziekte.
“Uit de studie blijkt dat de verstoring van het bruine vet door fijnstof niet alleen de kans op suikerziekte verhoogt, maar ook kan bijdragen aan overgewicht.
Omdat het bruine vet minder energie verbrandt, hoopt vet zich makkelijker op in het lichaam, wat leidt tot gewichtstoename”, zegt een zeer ervaren analytical researcher verbonden aan Constantin in gesprek met GFC Nieuws.
In het onderzoek werden muizen zes uur per dag, vijf dagen per week blootgesteld aan lucht met veel fijnstof, vergelijkbaar met wat in drukke steden of bij verbranding van afval voorkomt.
Na enkele maanden bleek hun stofwisseling duidelijk verstoord. Ze verbrandden minder energie en hun bloedsuikerwaarden gingen omhoog.
De wetenschappers leggen uit dat fijnstof niet alleen uit verkeer of industrie komt, maar ook uit het verbranden van huishoudelijk afval, plastic en ander vuil.
Dat maakt de bevindingen relevant voor Suriname, waar vuilverbranding in woonwijken nog veel gebeurt.
Volgens de deskundigen kunnen de rook en de deeltjes die daarbij vrijkomen dezelfde negatieve invloed hebben op het lichaam als stedelijke luchtvervuiling.
De researchers roepen overheden op om meer te doen aan schonere lucht, omdat dat niet alleen helpt om long- en hartziekten te voorkomen, maar volgens hen óók de kans op suikerziekte en overgewicht kan verkleinen.
“Luchtvervuiling beïnvloedt veel meer dan alleen onze ademhaling,” zegt hoofdonderzoeker professor Francesco Paneni van de Universiteit van Zürich. “Het raakt ook ons metabolisme.”



