Invoering bronbelasting en bevestiging fiscale juridische maritieme zones

belasting sparen besparing geld begroting

GFC NIEUWSREDACTIE- De Surinaamse minister van Financiën en Planning, Armand Achaibersing, heeft op 3 augustus in De Nationale Assemblee (DNA) twee wetten inzake invoering van een bronbelasting en bevestiging van de fiscale jurisdictie van Suriname in de maritieme zones aangekondigd.

Daaropvolgend heeft president Chandrikapersad Santokhi in de Jaarrede van 1 oktober 2021 de invoering van deze wetten bevestigd.

Wat houden deze wetten in?

Beide wetten beogen in hoofdzaak het bereiken van een rechtvaardigere verdeling van de belastingdruk in de samenleving en om ontwijking en ontduiking van belastingen tegen te gaan. Hiermee moet worden bereikt dat er een level playing field (gelijke behandeling) is in de belastingheffing van binnenlandse en buitenlandse belastingplichtigen.

Ook moet worden voorkomen dat Suriname belastinginkomsten misloopt, doordat bepaalde (buitenlandse) bedrijven hun belastingverplichtingen ontlopen.

Bronbelasting 2022

Met deze wet worden ‘voordelen’ van buitenlandse bedrijven, die genoten worden als vergoeding voor bepaalde diensten en werkzaamheden, nu op een andere manier in de heffing van inkomstenbelasting betrokken.

Tevens wordt een met de dividendbelasting vergelijkbare heffing geïntroduceerd op winstovermakingen van lokale ‘filialen’ van buitenlandse bedrijven.

Vooralsnog wordt overwogen het tarief van de bronbelasting voor voordelen genoten als vergoeding voor bepaalde diensten en werkzaamheden te stellen op 20% van de bruto-vergoeding en voor winstovermakingen van filialen (vaste inrichtingen) van buitenlandse bedrijven op 25% van de in een jaar genoten winst van het filiaal.

Fiscale jurisdictie maritieme zones

Met deze wet wordt de reeds bestaande bevoegdheid van Suriname bevestigd voor het heffen van belasting op activiteiten, die plaatsvinden binnen de Exclusieve Economische Zone en op het Continentaal Plateau voor onze kust (fiscale jurisdictie).

Tegelijk wordt deze in overeenstemming gebracht met de soevereine rechten en de rechtsmacht, die Suriname overigens bezit in het betreffende zeegebied en is vastgelegd in het Verdrag van Verenigde Naties, inzake het recht van de zee (Verdrag van 10 december 1982 te Montego Bay) en in de Wet Maritieme Zones S.B. 2017 no. 41.

In dit kader komen er aanpassingen in de bestaande wetten voor heffing van inkomstenbelasting, loonbelasting en omzetbelasting.

Met deze wijzigingen zullen inkomsten “uit dienstbetrekking en andere arbeid”, die in dit gebied worden genoten, worden betrokken in de loon- en inkomstenbelasting.

Hetzelfde zal gelden voor de heffing van omzetbelasting ten aanzien van leveringen en verrichte diensten in het betreffende gebied.

Wat volgt nu?

De wetsontwerpen worden verder voorbereid voor behandeling in de Raad van Ministers, waarna indiening volgt bij de Staatsraad en DNA. Binnenkort volgen ook nadere voorlichting aan het publiek en consultaties met stakeholders over deze wetten.

BEKIJK MEER GFC NIEUWS: KLIK HIER