Verscheidene mensen vertellen dat financiële steun of pakketten uit Nederland door familie in Suriname niet altijd op de manier worden ontvangen die men zou verwachten.
Waar familieleden in het buitenland denken iemand blij te maken met geld of goederen, krijgen ze regelmatig te horen dat het bedrag te klein is of dat het pakket niet aan de wensen voldoet.
Dit leidt tot frustratie bij degenen die helpen en roept vragen op over waardering en verwachtingen.
Op sociale media duiken geregeld verhalen op van mensen die zich teleurgesteld voelen na hun inspanning.
Een vrouw uit Amsterdam vertelde dat zij geld stuurde om schoolspullen te kopen voor een nichtje, maar als reactie hoorde dat het niet genoeg was voor de schoenen die gewenst waren.
Zulke voorbeelden worden door veel Surinamers in Nederland herkend en besproken.
Volgens sociologen speelt trots een belangrijke rol. Voor mensen in Suriname kan het ontvangen van hulp confronterend zijn en gevoelens van afhankelijkheid oproepen.
Daardoor uiten sommigen zich niet met dankbaarheid, maar juist met kritiek of eisen.
Anderen wijzen erop dat er ook sprake kan zijn van vanzelfsprekendheid: de gedachte dat familie in Nederland toch verplicht is om bij te springen.
Toch zegt docente en lifestylecommentator Ida Thornhill aan GFC Nieuws dat deze houding schadelijk kan zijn voor de onderlinge band.
Wanneer helpers zich niet gewaardeerd voelen, haken zij af en verdwijnt een belangrijke vorm van steun. Zeker in een tijd waarin het leven duurder wordt kan dat grote gevolgen hebben.
De discussie laat zien dat geven en ontvangen niet altijd eenvoudig is. Het lijkt vanzelfsprekend dat hulp met een glimlach wordt aanvaard, maar in de praktijk ligt de werkelijkheid vaak ingewikkelder.