Vandaag, maandag 1 september, gaat buurland Guyana naar de stembus voor de algemene en regionale verkiezingen.
Drie maanden geleden vond hetzelfde proces in Suriname plaats, waar de wens van toenmalig president Chandrikapersad Santokhi voor een tweede termijn niet werd vervuld.
In Guyana hoopt president Irfaan Ali, van de People’s Progressive Party (PPP), wel op een tweede en tevens laatste termijn.
Op uitnodiging van de Guyanese autoriteiten is een tienkoppige CARICOM Election Observation Mission (CEOM) aanwezig om het verkiezingsproces van nabij te volgen.
De missie bestaat uit verkiezingsfunctionarissen uit acht CARICOM-lidstaten en staat onder leiding van Josephine Tamai, Chief Elections Officer van Belize.
Zij observeren de voorbereidingen, het stemmen, het sluiten van de stembussen, de telling van de stemmen en de resultaten. De verzamelde informatie wordt gebruikt voor een onafhankelijk eindrapport.
Naast de politieke strijd speelt ook de economische context een belangrijke rol. Guyana kent de laatste jaren een enorme groei door zijn olie- en gasontwikkelingen.
De productie van olievelden voor de kust levert het land miljardeninkomsten op en maakt Guyana tot een van de snelst groeiende economieën ter wereld.
In Suriname daarentegen staan de olie- en gasprojecten nog in de kinderschoenen. Ondanks recente ontdekkingen voor de kust, bevinden veel projecten zich nog in de voorbereidings- of ontwikkelingsfase.
Hierdoor zijn de economische baten voor de bevolking nog beperkt zichtbaar, in tegenstelling tot het buurland waar de staatskas reeds sterk profiteert.
Critici merken op dat de verkiezingen in beide landen niet los te zien zijn van deze ontwikkelingen: waar Guyana zich profileert als opkomende energiereus, worstelt Suriname nog met de uitdaging om toekomstige olie-inkomsten duurzaam en transparant te benutten.