Tijdens de herdenkingsdienst ter ere van de geboortedag van de gewezen president Desiré Delano Bouterse, hield voorzitter van De Nationale Assemblée (DNA), Ashwin Adhin, een indrukwekkende toespraak.
In zijn speech, getiteld “Gi Bouta, Gi Mama Sranan”, stond Adhin stil bij de ideologische erfenis van Bouterse, zijn nalatenschap en zijn blijvende betekenis voor het Surinaamse volk.
De bijeenkomst, gehouden in het DDB-centrum, markeerde de tachtigste geboortedag van de legendarische volksleider, die op 24 december 2024 overleed.
Een nalatenschap die voortleeft
Adhin memoreerde zijn eerste ontmoeting met Bouterse en beschreef hem als “een man van het land, van het volk en voor het volk.”
Volgens hem heeft de voormalige president niet alleen de koers van de natie beïnvloed, maar ook de manier waarop Surinamers naar zichzelf leren kijken.
“Hij zocht niet naar roem of vergelding, maar naar de bevrijding van het denken – de ware soevereiniteit van de geest,” aldus Adhin.
“Suriname, geloof in jezelf. Surinamers, geloof in jezelf — dat is de erfenis die wij moeten bewaken.”
De drie pijlers van de Bouterse-ideologie
De DNA-voorzitter omschreef drie fundamentele elementen die volgens hem de kern vormen van Bouterse’s ideologie:
Eenheid – “Hij was de bouwmeester van één volk van volkeren. Zelfs wanneer anderen verdeelden, bouwde hij bruggen. Eenheid was voor hem geen slogan maar een plicht aan de geschiedenis.”
Ontwikkeling – “Hij opende Suriname voor de wereld, niet uit zwakte maar uit kracht. De natuurlijke rijkdommen van dit land moesten aan de kinderen van dit land toekomen.”
Eigen verantwoordelijkheid – “Bouterse geloofde in de dekolonisatie van de geest. Wij moeten leren op eigen benen te staan, als vriend van allen, satelliet van niemand.”
Een waarschuwing en een opdracht
In zijn toespraak blikte Adhin ook vooruit op de toekomst van het land in het licht van de komende olie- en gasontwikkelingen:
“De olie- en gasboom komt eraan, en ik hoor hem nog zeggen: ‘Suriname zal nooit meer hetzelfde zijn.’ Die woorden waren niet alleen een belofte, maar ook een waarschuwing.”
Hij besloot zijn toespraak met een eerbetoon: “Pres — we gaan door, wij gaan voort. Niet als navolgers, maar als voortzetters van wat u zocht. Gi Bouta. Gi Mama Sranan. Grantangi Pres. Me tak oe grantangi.”