Buitenkant oogt fris, maar van binnen zijn veel Surinaamse scholen in zorgwekkende staat

school klas ter illustratie

Achter fris geschilderde gevels van scholen in Suriname gaat een zorgwekkende werkelijkheid schuil. Wat aan de buitenkant netjes en verzorgd lijkt, blijkt van binnen een strijdtoneel voor leerkrachten en leerlingen.

In diverse scholen zijn de lokalen vervallen: plafonds hangen los, meubilair is kapot of incompleet en de sfeer is verre van motiverend.

In veel gebouwen ontbreekt het aan basisvoorzieningen. Toiletten zijn vervuild of simpelweg onbruikbaar. Kranen blijven droog en een scherpe geur overheerst de sanitaire ruimtes.

Voor hygiëne is nauwelijks ruimte, laat staan voor comfort. Toch wordt van het onderwijzend personeel verwacht dat ze dag in dag uit les geven alsof er niets aan de hand is.

De lichtvoorziening laat vaak te wensen over. Sommige klaslokalen zijn zo slecht verlicht dat leerlingen moeite hebben om hun schoolwerk te lezen.

In een aantal gevallen is er zelfs helemaal geen elektriciteit beschikbaar. Schoolborden zijn vervaagd, vuilnis wordt niet regelmatig opgehaald en het onderhoud blijft uit.

Ondanks alles geven veel docenten met hart en ziel les, met eigen middelen en creativiteit, puur uit liefde voor hun vak.

Het roept ernstige vragen op over prioriteiten. Hoe kunnen we verwachten dat kinderen excelleren in zulke omstandigheden?

Ouders, ook die in de Surinaamse diaspora, maken zich zorgen over de toekomst van het onderwijs in hun moederland.

Want als de basis instort, hoe bouwen we dan aan een betere toekomst? Een structurele aanpak lijkt dringend nodig voordat het onderwijs verder afglijdt.