Enkele bezorgde burgers doen een dringend beroep op de overheid, met name de ministeries van Justitie en Politie en Sociale Zaken en Volkshuisvesting, om bij huisontruimingen passende en menswaardige maatregelen te treffen voor gezinnen die hierdoor op straat komen te staan.
Het gaat in het bijzonder om personen en gezinnen, veelal afkomstig uit het binnenland, die door gebrek aan woonalternatieven overheidswoningen kraken of percelen occuperen.
Tijdens recente ontruimingen zijn meerdere gezinnen, waaronder baby’s en minderjarige kinderen, zonder opvang of begeleiding achtergelaten. “We weten niet waar we naartoe moeten. We hebben kinderen, maar niemand laat ons een oplossing zien,” zegt een alleenstaande moeder die onlangs met haar gezin is ontruimd.
Een andere bewoner voegt daaraan toe: “We zijn geen criminelen. We zoeken gewoon een plek om te wonen, omdat we geen enkel alternatief hebben.”
Hoewel eigenaren en erfgenamen gerechtigd zijn hun eigendomsrechten te beschermen, wijzen bewoners op het ontbreken van sociaal vangnetbeleid. “Niemand komt eerst praten of hulp aanbieden. Je wordt gewoon op straat gezet,” aldus een vader van vier kinderen.
De betrokken burgers doen een dringend verzoek aan de overheid om:
Vóór elke ontruiming noodopvang te garanderen
Kinderen en kwetsbare bewoners actief te begeleiden
Structurele woonoplossingen te realiseren voor gezinnen zonder onderdak
“Armoede is geen keuze. En dakloos worden helpt niemand vooruit,” stelt een buurtbewoner die de situatie van dichtbij volgt.
De groep burgers benadrukt dat de menselijke waardigheid voorop moet staan en dat kinderen nooit de dupe mogen worden van administratieve en juridische procedures. Zij vragen daarom aandacht voor beleid waarin rechtvaardigheid én menselijkheid hand in hand gaan.



