Volgens één van de grootste experts op het gebied van toerisme in Suriname, Kenneth Cyrus, beschikt het land over uitzonderlijk veel potentieel om het toerisme naar een veel hoger niveau te tillen.
In een reactie aan GFC Nieuws geeft hij aan dat Suriname alles in huis heeft om een aantrekkelijke bestemming te worden voor zowel regionale als internationale bezoekers, maar dat er structureel meer moet worden gedaan om die kansen te benutten.
Cyrus wijst vooral op de vele recreatieoorden die eigendom zijn van de staat en momenteel onderbenut blijven.
Volgens hem kunnen deze locaties, mits goed aangepakt, uitgroeien tot echte trekpleisters die niet alleen toeristen aantrekken, maar ook de lokale economie stimuleren.
Meer dan alleen natuur
De toerisme-expert benadrukt dat Suriname internationaal gezien al bekendstaat om zijn ongerepte natuur, rivieren en biodiversiteit. Toch blijft het volgens hem te vaak bij dat ene verhaal.
“Toerisme draait niet alleen om natuur, maar om beleving, toegankelijkheid en comfort,” legt Cyrus uit. Hij stelt dat veel staatsrecreatieoorden prachtig zijn gelegen, maar dat voorzieningen en onderhoud achterblijven.
Volgens hem ligt daar een grote kans voor de overheid. Door te investeren in basisvoorzieningen zoals goede sanitaire faciliteiten, veilige wandelroutes, duidelijke informatieborden en eenvoudige horeca, kunnen deze plekken aantrekkelijk worden voor gezinnen, scholen en buitenlandse bezoekers.
Ook samenwerking met lokale ondernemers en gemeenschappen is daarbij cruciaal, zegt hij.
Economische kansen voor Surinamers
Cyrus benadrukt verder dat een sterk toerismebeleid directe voordelen heeft voor de bevolking. “Goed ontwikkelde recreatieoorden zorgen voor werkgelegenheid, extra inkomsten en trots bij de lokale gemeenschap,” aldus de expert.
Hij noemt voorbeelden waarbij kleine ondernemers, gidsen en artiesten kunnen profiteren wanneer toeristische plekken goed worden gepositioneerd.
Daarnaast pleit hij voor een duidelijke langetermijnvisie.
Volgens hem moet toerisme geen losstaand project zijn, maar onderdeel van een bredere economische strategie.







