In Suriname groeit de overtuiging dat de vorige regering onder leiding van Chan Santokhi politieke tegenstanders bewust heeft aangepakt via het OM.
Analist R. Pinas zegt aan GFC Nieuws dat de aanwijzingen daarvoor inmiddels zo sterk zijn dat dit niet langer kan worden gezien als losse vermoedens, maar als een serieuze zaak die onderzocht moet worden.
Volgens hem is het noodzakelijk om een formele klacht in te dienen bij internationale instanties zoals het Internationaal Strafhof in Den Haag, de Inter-Amerikaanse Commissie voor de Rechten van de Mens en de Verenigde Naties.
Pinas benadrukt dat politieke vervolging niet alleen individuen raakt, maar de fundamenten van de onze democratie aantast.
Wanneer justitie wordt ingezet als instrument om rivalen het zwijgen op te leggen en kapot te maken, verliezen burgers het vertrouwen in eerlijke rechtsgang en ontstaat er een sfeer van angst.
Dat zou volgens hem een gevaarlijk precedent zijn voor de toekomst van Suriname.
De objectieve analist vindt dat er internationale betrokkenheid nodig is, omdat een onafhankelijke beoordeling geloofwaardig kan vaststellen of er daadwerkelijk sprake is geweest van machtsmisbruik.
Dit kan duidelijk maken wie verantwoordelijk was en welke maatregelen moeten worden genomen om herhaling te voorkomen.
Veroordeling Santokhi kan zware gevolgen hebben
Volgens Pinas kan een eventuele veroordeling van Santokhi zware consequenties hebben.
Wanneer zou blijken dat politieke tegenstanders doelbewust en met behulp van valse bewijzen zijn vervolgd, kan dat niet alleen leiden tot een blijvende beschadiging van zijn politieke reputatie, maar ook tot persoonlijke aansprakelijkheid.
Internationale instanties kunnen sancties opleggen, reisbeperkingen instellen of zelfs een vervolging starten wegens mensenrechtenschendingen.
Daarnaast zou een dergelijk oordeel de weg vrijmaken voor schadeclaims van slachtoffers en zou het het imago van Suriname wereldwijd een zware klap toebrengen.
Steeds meer mensen in de samenleving vragen zich af hoe diep deze praktijken zijn gegaan en wat dit betekent voor de rechtsstaat.
De waarnemer stelt dat het indienen van een klacht niet alleen recht doet aan de slachtoffers, maar ook een stap kan zijn om het vertrouwen van de bevolking in bestuur en rechtspraak te herstellen.
Nu de verkiezingen achter de rug zijn, blijft de kwestie actueel en gevoelig. De manier waarop de huidige machthebbers hiermee omgaan, zal volgens Pinas veel zeggen over hun werkelijke toewijding aan democratische waarden en de bescherming van de rechtsstaat in Suriname.