Wie verwacht dat Suriname snel welvarend wordt leeft in een droomwereld

Utopie droom

Iedereen wil een welvarend Suriname, dat is logisch. Maar wat veel mensen niet begrijpen, is hoe moeilijk het écht is om een ontwikkelingsland op het juiste economische spoor te krijgen.

Vaak hoor je uitspraken als: “We hebben zoveel natuurlijke rijkdommen, waarom zijn we dan nog steeds arm?” of “Met de juiste leiders komt het allemaal goed.” Helaas is de werkelijkheid veel weerbarstiger.

Kijk bijvoorbeeld naar landen als Nigeria, Angola en Bolivia. Alle drie beschikken ze over waardevolle grondstoffen zoals olie, gas of lithium.

Ze hebben jarenlang internationale hulp ontvangen, zijn begeleid door economen van topuniversiteiten en kregen advies van instellingen als de Wereldbank.

Toch is het deze landen nauwelijks gelukt om duurzame welvaart op te bouwen. Corruptie, politieke verdeeldheid, zwakke instituties en afhankelijkheid van één of twee exportproducten zorgen steeds weer voor stagnatie of achteruitgang.

Ook in Latijns-Amerika zijn er genoeg voorbeelden. Ecuador en Guatemala hebben geprobeerd hun economieën te hervormen, vaak onder druk van buitenlandse geldschieters.

Maar ondanks hervormingsplannen en investeringen blijven ze kwetsbaar voor armoede, inflatie en sociale onrust.

Waarom denken we dan in Suriname nog steeds dat het allemaal zo simpel is? Alsof er een magische formule bestaat waarmee we morgen al uit de crisis komen.

Die gedachte is niet alleen naïef, ze is ook gevaarlijk. Ze wekt valse hoop, waardoor elke nieuwe regering begint met onrealistische verwachtingen en eindigt in teleurstelling.

Structurele economische ontwikkeling vraagt om veel meer dan alleen goede bedoelingen. Het vereist jarenlange inzet, vertrouwen in instellingen, respect voor de rechtsstaat en een bevolking die actief meewerkt aan verandering.

Er is geen snelle oplossing. Geen toverspreuk. Wie dat blijft geloven, ziet niet de harde lessen die zoveel andere landen ons al hebben laten zien.

Pas wanneer we die realiteit onder ogen durven zien, kunnen we oprecht beginnen met bouwen aan een betere toekomst voor Suriname. Één stap tegelijk, met open ogen en beide voeten op de grond.

S. Tewari