In het licht van Suriname’s herstel na een langdurige economische crisis, blijft armoede een urgent probleem dat vraagt om onmiddellijke aandacht.
Ondanks dat het land vooruitgang heeft geboekt, leeft nog altijd 17,5% van de bevolking in armoede, waarvan 1,1% in extreme armoede.
Tijdens een gezamenlijke verklaring hebben Diletta Doretti, Wereldbank Resident Vertegenwoordiger voor Suriname en Guyana, en Adriana la Valley, Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank (IDB) Vertegenwoordiger voor Suriname, het belang van het aanpakken van armoede en ongelijkheid in het land benadrukt.
De recente Wereldarmoededag herinnert aan de voortdurende mondiale missie van de Wereldbank: “een wereld vrij van armoede op een leefbare planeet.” Tegelijkertijd blijft de doelstelling van de IDB Strategie+, “het verminderen van armoede en ongelijkheid in de regio,” cruciaal voor de toekomst van Suriname.
Uit het onlangs gepubliceerde Suriname Poverty and Equity Assessment, een samenwerking tussen de Wereldbank en de IDB, blijkt dat armoede in Suriname wordt gedreven door meerdere factoren, waaronder regionale ongelijkheden, problemen in onderwijs en vaardigheidsontwikkeling, en tekortkomingen in sociale bijstandsprogramma’s voor kinderen en historisch gemarginaliseerde groepen.
Kinderarmoede en genderverschillen
Het rapport toont aan dat gezinnen met kinderen het zwaarst worden getroffen door armoede, met een armoedecijfer van 22%, bijna drie keer zo hoog als bij huishoudens zonder kinderen.
Dit benadrukt de noodzaak om te investeren in onderwijs- en economische kansen voor deze kwetsbare huishoudens, om te voorkomen dat armoede van generatie op generatie wordt doorgegeven.
Daarnaast blijkt uit de bevindingen dat ondanks de betere prestaties van vrouwen op het gebied van onderwijs—waarbij 15% van de vrouwen een hogere opleiding afrondt tegenover 6% van de mannen—deze vooruitgang zich niet vertaalt in economische voordelen. Vrouwen worden geconfronteerd met belemmeringen op de arbeidsmarkt, wat hun mogelijkheden beperkt om armoede te doorbreken en economische groei te stimuleren.
Regionale ongelijkheden
Een ander urgent probleem is de regionale ongelijkheid, vooral in het binnenland van Suriname, waar een groot deel van de inheemse en marron-gemeenschappen woont. Meer dan 25% van deze bevolking leeft onder de armoedegrens. Deze gemeenschappen profiteren historisch gezien minder van economische kansen en lopen zonder gerichte interventies het risico verder achter te blijven.
Oplossingen voor een rechtvaardiger toekomst
Om de cyclus van armoede te doorbreken, is het van cruciaal belang dat sociale diensten zoals gezondheidszorg, onderwijs en bijstandsprogramma’s worden verbeterd. Dit geldt met name voor gezinnen met kinderen, waarvan vele nog steeds in armoede leven ondanks bestaande programma’s zoals de kinderbijslag. Door het bereik en de efficiëntie van deze programma’s te vergroten, kan er een sterker vangnet worden gecreëerd dat de meest kwetsbaren beschermt.
Daarnaast is investeren in een beter statistisch systeem essentieel. Betrouwbare gegevens over armoede en ongelijkheid stellen beleidsmakers in staat om gerichte en effectieve maatregelen te nemen om de kwetsbare groepen in de samenleving te ondersteunen.
Samen op weg naar een inclusief Suriname
Doretti en La Valley roepen op tot gezamenlijke verantwoordelijkheid om een rechtvaardiger, welvarender en veerkrachtiger Suriname op te bouwen. “De oplossingen liggen binnen handbereik, maar we moeten met urgentie en vastberadenheid handelen.
Met de juiste beleidsmaatregelen kan Suriname dichterbij een toekomst komen waar armoede tot het verleden behoort en elke burger kan floreren,” aldus de vertegenwoordigers van de Wereldbank en IDB.
Het is tijd om de kans te grijpen om een inclusiever Suriname te creëren—een land waar niemand wordt achtergelaten op onze gezamenlijke weg naar een wereld zonder armoede.
