GFC NIEUWSREDACTIE- De regering in Suriname heeft alweer grof gelogen tegen het volk.
Nadat bekend werd dat tegen de wettelijke regelingen deze regering 150 visvergunningen heeft beloofd aan de Guyanezen, ontkende niet alleen de ministers van Landbouw Veeteelt en Visserij (LVV), Parmanand Sewdien van Buitenlandse Zaken, Albert Ramdien, maar ook de president dat die belofte niet was gedaan, zegt NDP-topper Amzad Abdoel.
Op social media publiceerde hij een brief van Sewdien aan zijn Guyanese collega Zulfikar Mustapha. Deze brief werd dinsdag ook in DNA voorgelezen en overgelegd aan de volksvertegenwoordiging dor NDP-parlementariër Melvin Bouva.
In deze e-mail verzonden op 13 december 2020 geeft Sewdien aan dat met de lijst die hij heeft ontvangen van Mustapha het mogelijk zal zijn de stromannen te identificeren. Hij vroeg de minister de vissers te vragen een kopie van de vergunning van 2020 te mailen naar de directeur Visserij. Hierdoor zal het makkelijker zijn de stromannen te achterhalen, omdat de boten op de namen van deze stromannen geregistreerd staan.
Om een oplossing te vinden zei Sewdien dat een paar acties ondernomen moesten worden. Hierbij heeft hij het volgende voorgehouden aan Mustapha:
1. De vissers moeten de boten binnenkort op hun eigen namen registeren
2. De minister zou een overheidsbedrijf openen die de business partner zal zijn de vissers in Suriname en met wie de vissers een vesselbasing overeenkomst zullen tekenen.
3. Dit bedrijf zal zorgen voor verdere registratie van de boten hier en zorg dragen voor de vergunningen waarvoor de vissers het normale tarief moeten betalen
4. Dit bedrijf zal ook een koopovereenkomst en andere nodige overeenkomsten tekenen met de Guyanese vissers.
Na de mededeling van Bouva werd de vergadering geschorst en beschuldigde VHP-parlementariër de oppositie van a-nationaal gedrag. Hij vindt dat de regering in comité generaal antwoord zou moeten geven, opdat het Surinaamse belang niet geschaad kan worden.
Sewdien legde in zijn reactie uit dat de discussie in november 2020 begon toen de Guyanese regering vroeg om 25 vergunningen te zetten op naam van Guyanese vissers. Het ging daarbij om de binnenvisserij voor vissers die langs de Corantijnrivier wonen. “Ze hebben als argumentatie gebruikt dat ze leven van visvangst en dat hun boten drijven op Surinaamse wateren. Ik heb toen aangegeven dat we naar mogelijkheden kunnen zoeken. Als hun brood daarvan afhankelijk is, moeten we iets doen”, sprak de minister.
Volgens de bewindsman was hij bereid te praten en te discussiëren over de binnenvisserij. Echter ontving hij de volgende dag zijn collega op kantoor die aangaf dat het ging om SK-visserij. “Toen heb ik de handrem getrokken en gezegd luister die hebben we niet beschikbaar”. Sewdien zei dat hij ook heeft uitgelegd wat de nadelen zijn, omdat de Guyanese vissers langs de Surinaamse kust tot in Frans-Guyanese wateren varen. Als die boten gepakt worden dan zijn het boten met Surinaamse vergunningen, waardoor het moeilijk te bewijzen is dat het niet om Surinamers gaat.
De totale visserijsector is tegen de uitgifte van die visvergunningen. Terwijl de visgronden van Guyana reeds zijn uitgeput, overleeft de Guyanese visserij met vissen uit de Surinaamse wateren, benadrukt Abdoel. Die sector brengt jaarlijks meer dan US$ 25 miljoen op voor de Guyanezen.
Eerder was bekend dat tegenover bepaalde gunsten van de Guyanese regering, de Surinaamse regering ze die vergunningen had beloofd.
Abdoel: “Nadat de president en zijn 2 ministers constant ontkend hebben niets aan de Guyanezen te hebben beloofd komt de waarheid naar boven. Blijkt dat al die tijd de regering voor het volk heeft gelogen.”
