Peulvruchten zijn rijk aan vezels, koolhydraten, plantaardige eiwitten en mineralen. Als milieubewuste vleesvervanger, zijn ze ook nog eens goed voor je ‘carbon footprint’.
Tot de peulvruchten behoren bijvoorbeeld bonen, erwten en linzen, maar ook kiemgroenten en pinda’s.
Alle groene, verse peulvruchten, zoals sperziebonen, snijbonen, tuinbonen, doperwten, sugarsnaps en peultjes bevatten, in tegenstelling tot andere peulvruchten, vitamine C en worden als groente gegeten.
Toch behoren ze tot dezelfde peulvruchtenfamilie als linzen en bruine bonen. In bepaalde gevallen kan de hele peulvrucht gegeten worden, maar meestal zijn alleen de zaden eetbaar.
Peulvruchten zijn goed voor je gezondheid, maar de meeste kun je beter niet rauw eten. Rauw bevatten ze namelijk de natuurlijke gifstof lectine. Om die reden is het beter om peulvruchten goed te koken, aangezien daarmee de natuurlijke gifstoffen verdwijnen, schrijft dokterdokter.nl.