GFC NIEUWS- Het is nu haast 45 jaar geleden dat ons land haar staatkundige onafhankelijkheid verkreeg.
Op weg naar dat moment stelde de toenmalige oppositie, VHP, hun eis dat landsgrenzen bij het verkrijgen van de onafhankelijkheid helder en duidelijk zouden moeten zijn.
In de analen van de Tweede Kamer is het alsvolgt aangetekend:‘Vastgesteld 7 augustus 1975 2de kamer vergadering Suriname: “De heer Lachmon noemt als eerste wens van de oppositie zekerheid omtrent de grenzen van het soevereine . Hij is van oordeel dat het Koninkrijk een zo nauwkeurig mogelijk omschreven grondgebied moet toescheiden, zodat bij de zelfstandig wording er volkenrechtelijk geen onzekerheid omtrent Surinames grenzen zal bestaan, en dat Nederland zich ook na de soevereiniteit van Suriname niet van zijn verantwoordelijkheid ten aanzien van eventuele grenskwesties moet onttrekken.’
Aan de vooravond van de onafhankelijkheid ontving Suriname toen onder leiding van de minister president Henck Arron, dan ook een brief van Premier Joop den Uyl waarin nog eens precies opgeschreven stond waar ons land precies begon en ophield.In deze brief staat duidelijk dat op de laagwaterlijn aan de Guyanese oever Suriname begint.
Deze grensomschrijvingen vinden hun oorsprong in het onderzoek en de ontdekking van de Engelsman Charles Barrington Brown van de ‘Boven Corantijn’ die op basis van zijn conclusie als resultaat van hydrometrische waarnemingen de hoofdbron rivier is.
Deze waarnemingen geven objectief de geografische realiteit weer n.l. dat de boven Corantijn de voortzetting is van de Corantijn. Waar rivieren de natuurlijke grens vormen, zoals hier het geval is, beantwoorde de boven Corantijn aan de criteria geldend in het Volkenrecht en niet de Coeroeni.
Het is dan ook zeer betreurenswaardig dat een volksvertegenwoordiger van wie verwacht mag worden dat bij dergelijke zwaarwichtige zaken, er eerst onderzoek gepleegd wordt, een uitspraak doet die alleen maar getypeerd kan worden als een ernstige dwaling en misrepresentatie van de ware feiten.
Het verwijt dat Jogi maakt naar Minister-President Henck Arron als zou de laatste zonder kennis van de grenzen de onafhankelijkheid hebben bedongen, is bezijdens de waarheid.
Henck Arron’s wens om de grenskwestie met Frans-Guyana en Guyana op te lossen kon niet worden gematerialiseerd.
De belangrijkste redenen hiervoor was onder andere de staatsgreep van 25 februari 1980. Die verhinderde dat genomen initiatieven verder konden worden vervolgd. Maar ook de politiek (o.a. de VHP) wilde niet meewerken.
Bij de verkrijging van onze onafhankelijkheid zijn onze grenzen duidelijk op schrift vastgesteld.
De claim van Guyana op het gebied tussen de boven-Corantijn en de Coeroeni-Koetari bekend als het Surinaams Tigri gebied is een ernstige dwaling. Deze conclusie kunnen wij trekken zuiver op basis van historische, geografische en juridische argumenten.
Nu 45 jaar later, moeten wij de historische feiten in ogenschouw nemen en het belang van onze samenleving met volle overgave dienen. Dat houdt ook in dat wij geen problemen die vandaag oplossing behoeven moeten doorschuiven naar de volgende generaties.
Het grensconflict met Guyana behoeft oplossing nu! Alle andere vormen van structurele samenwerking met Guyana zullen moeten wachten tot de grens tussen onze beide landen officieel erkend is in de internationale wereld.
DA’91 kiest voor de inzet van de meest effectieve en vreedzame middelen binnen het Volkenrecht. Onder de huidige omstandigheden hebben wij meer geloof en vertrouwen in het voorleggen van de grenskwestie met Guyana aan het Internationaal Gerechtshof ter berechting en beslissing.
Wij doen daarom ook een beroep op de heer Jogi en zijn mede DNA-leden om op correcte wijze invulling te geven aan de functie van volksvertegenwoordiger en daadwerkelijk op basis van eerlijke en objectieve feiten Suriname haar definitieve kaart met duidelijke internationaal erkende grenzen als geschenk bij 45 jaar onafhankelijkheid te geven.
Het besef om geen onware, onzinnige en ongenuanceerde uitspraken te doen met betrekking tot onze soevereiniteit door, in het bijzonder, leden van de regering en de volksvertegenwoordiging is vereist.
Met de uitspraak door DNA-lid Jogie heeft hij in deze het Surinaams belang niet gediend. Suriname verdient beter!
DA’91 Publiciteitsdienst
Publicatie van ingezonden stukken houdt niet in dat de redactie het eens is met de inhoud. Wenst ook u een ingezonden stuk te publiceren? Mail dit naar [email protected]