fbpx

Warning: Trying to access array offset on value of type bool in /home/gfcnieu1/public_html/wp-content/themes/mts_newsonline/functions.php on line 175

Ingezonden: Cubaanse artsen en onze gezondheidszorg

GFC NIEUWS- Na een arbeidzame periode bij de Surinaamse Landbouwbedrijven (SURLAND) trok een nieuwe uitdaging mij aan en werd ik tewerkgesteld in het Streekziekenhuis Nickerie alwaar ik de eindverantwoordelijke werd.
Een stafmedewerker van SURLAND werkzaam op de Koningin Julianapolder (K.J.P), mijn ex-collega dus, met wie ik vaak voetbalwedstrijden bezocht in het Nickerie voetbalstadion, kreeg van een Guyanese vriend een uitnodiging voor een cricketwedstrijd in Georgetown, Guyana. Het betrof een testmatch tussen The West Indies versus Zuid-Afrika.
Samen met nog twee andere zijner vrienden mocht ook ik mee. Als je gevraagd wordt om de legendarische Brian Lara en Shivnarine Chanderpaul live te mogen bewonderen, zeg je zonder erbij na te denken direct ja.
We vertrokken in de 3e week van oktober 1996, op een donderdagmorgen rond 11.00 uur vanuit Nieuw-Nickerie naar het Corantijnstrand om van daaruit gebruik te maken van de “back trackroute” en kwamen in Springlands aan. De gastheer van mijn ex-collega had voor die gelegenheid een taxibus voor ons beschikbaar gesteld.
De bestuurder was chic gekleed. Lange mouw overhemd, donkergrijze broek en een knalrode das. Eerst naar een koffiehuis alwaar een broodje bakkeljauw, op z’n Guyanees klaargemaakt, naar binnen werd verwerkt met uiteraard koffie. En daarna de rit naar het hotel in Georgetown, niet ver van het Bourda Cricket Ground, waar onze gastheer, Winston Luckhoo, ons verwelkomde en aan ons werd voorgesteld. Na het avondeten zaten we nog enige tijd gezellig samen,waarna we, vanwege de vermoeidheid als gevolg van de lange reis, onze kamers opzochten.
Winston had een fantastisch programma voor ons in elkaar gezet, met als hoogtepunt de testmatch van zaterdagmiddag, na onze aankomst. Voor ons was een speciale ruimte in de Viplounge, met enkele speciale gasten in ons midden, zoals de Ambassadeur van Cuba in Guyana en zijn Ambassaderaad, gereserveerd. Mijn eerste internationale cricketwedstrijd live en van hoog gehalte waarin Brian Lara en Shivnarine Chanderpaul, die als uitblinkers op fenomenale wijze The West Indies naar de zege leidden.
Na de wedstrijd waren we te gast bij Winston thuis en werd ons op onze laatste dag in Guyana een diner aangeboden met alles erop en eraan. De Ambassaderaad van Cuba, Manuel Gonzales, die ontzettend geïnteresseerd was in het medisch gebeuren in Suriname, maar meer in het bijzonder hoe het er allemaal mee gesteld was in het district Nickerie, was ervan op de hoogte dat een gerenoveerd maar goed geoutilleerd streekziekenhuis pas deuren had geopend in het district. Hij vertelde goed geïnformeerd te zijn over de gastvrijheid van Surinamers.
Vanuit Springlands had hij het district enkele keren gezien en wenste graag een keer Suriname te bezoeken. We vonden een oplossing dat hij de volgende dag met ons kon meereizen. Vanwege het late tijdstip op de bewuste zaterdagavond, was het echter niet mogelijk om met de Surinaamse ambassade in contact te treden om zijn visum te regelen. De enige oplossing bleek dat hij incognito met ons zou meereizen. Een van ons, die goede contacten had met de verantwoordelijke immigratieautoriteiten in Nickerie, nam het op zich zodat we ons daar geen zorgen verder over hoefden te maken. We namen het risico en alles ging feilloos.
In Nieuw-Nickerie was hij mijn gast. Hij bleef er twee dagen en kreeg van mij een rondleiding in het Streekziekenhuis. We bezochten ook de S.M.L. Wageningen, Coronie en de bacovenaanplant in de K.J.P.
Een van de onderwerpen die hem het meest interesseerde was het tekort aan medische specialisten waarmee het streekziekenhuis toentertijd kampte. Hij vertelde daarbij, dat er toentertijd circa 30.000 (dertigduizend) Cubaanse artsen, medische specialisten en ander medisch personeel, in diverse landen werkzaam waren.
Als op zijn regering een beroep wordt gedaan door de Surinaamse overheid, kan er een samenwerking tot stand komen, zodat Cubaanse medische specialisten voor het Streekziekenhuis beschikbaar kunnen worden gesteld. “Zonde voor zulk een mooi ziekenhuis dat jullie afhankelijk zijn van Paramaribo. Specialisten moeten ter plaatse aanwezig zijn en direct beschikbaar zijn voor het volk,” zei hij. Hij vertelde voorts dat Gezondheidszorg en Onderwijs op Cuba overheidszorg zijn en dus gratis voor het volk.
Na zijn vertrek werd telefonisch de Minister van Volksgezondheid van het een en ander op de hoogte gebracht, en werd hem tevens verteld dat, wat de komst van de heer Gonzales betrof, we toch wel de Immigratiewet hadden overtreden, omdat we klem zaten. De Minister vroeg om een plan uit te werken en hem zulks ten spoedigste toe te zenden, opdat hij zich daarover kon buigen met zijn politieke adviseurs en deskundigen op zijn Ministerie.
In mijn schrijven aan de minister stelde ik reeds toen al voor om:
1. via het ministerie van Buitenlandse Zaken de nodige discussie op gang te brengen opdat een mogelijke samenwerking tot stand kon komen op het gebied de volksgezondheid tussen enerzijds Cuba en anderzijds Suriname, met name wat de beschikbaarstelling betreft van medische specialisten ten behoeve van het Streekziekenhuis Nickerie;
2. een aantal surinaamse artsen/aankomende artsen, vanwege de Overheid in aanmerking te brengen voor een studiebeurs om zich in Cuba te specialiseren/bekwamen als internist, gynaecoloog, kinderarts, chirurg en anesthesist. De personen die voor een van deze studiebeurzen in aanmerking zouden mogen komen dienden vooraf een verklaring te ondertekenen, waarbij zij zich zouden moeten verplichten dat:
• zij na afronding van hun studie, gedurende een periode van vijf tot zes jaren, uitsluitend werkzaam zouden zijn in het Streekziekenhuis Nickerie;
• zij bij een vroegtijdige beëindiging van het dienstverband, de te hunne behoeve gemaakte studiekosten, vermeerderd met de wettelijk vastgestelde rente onherroepelijk zouden moeten terugbetalen; uiteraard op basis van proportionaliteit, met inachtneming van het aantal dienstjaren;
Door zulk een maategel in te voeren zou voor het Streekziekenhuis Nickerie de problematiek met betrekking tot het chronische tekort aan medische specialisten op termijn voor het grootste deel opgeheven zijn. En naarmate de bursalen als afgestudeerde specialisten zouden terugkomen, zouden de door Cuba beschikbaar gestelde specialisten dan beurtelings huiswaarts keren. Een win-win situatie dus.
Tijdens een onderhoud dat ik op uitnodiging van de Minister, in bijzijn van zijn partijvoorzitter had, werd aan mij medegedeeld dat mijn voorstel wel haalbaar en werkbaar leek. Hij merkte evenwel op dat er onoverkomelijke problemen kunnen ontstaan.
Op mijn vraag welke problemen hij bedoelde, reageerde hij door te zeggen: “we leven in een vrije democratie in Suriname, en we weten niet hoe onze Grote Broer (doelende op de Verenigde Staten van Amerika) over ons zou denken, als we een samenwerking aangaan met Cuba”. Desalniettemin vroeg hij me om medewerking het een en ander samen met enkele zijner partijgenoten nader uit te werken. Daar heb ik niet aan meegewerkt, vermits ik mij niet wilde laten lenen voor politieke zaken.
We zijn zeker bijkans 25 jaren verder en als we nu ervaren dat thans door onze Overheid gebruikgemaakt wordt van de diensten van Cubaanse artsen/specialisten en ander medisch personeel, en gevoeglijk mogen aannemen dat betrokkenen het niet ondienstig doen, dan vraag ik mij toch wel in alle ernst af waarom het zo lang heeft geduurd.
Vanuit Cuba hebben in het verleden enkele medische missies Suriname aangedaan. Gedacht wordt aan het “Milagros” oogproject, waarbij noodzakelijke operaties werden uitgevoerd. Zeer tot tevredenheid overigens. Reeds enige tijd werken enkele Cubaanse artsen in Suriname, onder andere ook in het Streekziekenhuis Nickerie. Ook zij doen goed werk ten behoeve van de Nickeriaanse gemeenschap.
Het afgelopen jaar is er een grote lichting Cubaanse artsen en specialisten in Suriname aangekomen om zowel bij de RGD als elders te worden tewerkgesteld. De vraag rijst evenwel of na het aantreden van het nieuwe kabinet, de samenwerking met de Cubaanse artsen wel gecontinueerd zal worden. Ik ga er vanuit van wel.
Ik refereer in dit kader dan ook aan de samenwerking tussen het ministerie van Volksgezondheid en het Albert Schweitzer Institute for the Humanities (A.S.I.H.) Op basis van deze samenwerking werden specialisten beschikbaar gesteld ten behoeve van het Streekziekenhuis Nickerie.
Op een subtiele manier werd niet alleen door onze eigen Surinaamse specialisten, maar ook nog door de Specialisten Registratie Commissie (S.R.C) en ‘last but not least’ door de minister himself, tegengewerkt, om het project te frustreren. De specialisten die in het kader van deze samenwerking hun krachten gaven aan het Streekziekenhuis Nickerie hebben fantastisch werk verricht. De resultaten zijn daar.
Vooral na het aantreden van bedoelde minister was de tegenwerking meer een regel dan een incident. De minister moest niets van het A.S.I.H. hebben en vertrok naar het buitenland om zelf specialisten te werven. Ja, U leest het goed, een minister gaat zelf naar Nederland op kosten van de belastingbetaler om specialisten aan te trekken. Er kwam inderdaad een chirurg, ene Dr. Snabel naar Nickerie die zich een Godheid waande en zich dusdanig ordinair en onbeschoft gedroeg, en daarbij niet heeft geschroomd een emmer vuil dweilwater op een medewerkster te gooien, omdat hij vond dat die mevrouw te traag zou zijn geweest.
Ook werd door betrokkene zeer laatdunkende en beledigende opmerkingen gemaakt aan het adres van de directeur van Volksgezondheid. Nadat tegen deze chirurg wegens de misdraging jegens de medewerkster aangifte werd gedaan bij de politie, belde de minister in hoogsteigen persoon op om de aanklacht in te trekken. Ook hieraan werd niet meegewerkt. Uiteindelijk werd betrokken chirurg door de Kantonrechter bij verstek veroordeeld tot twee weken gevangenisstraf, waarvan een week voorwaardelijk.
Toen na het aantreden van het Kabinet Bouterse I, de bouw van het Ziekenhuis in Wanica werd geëntameerd, heb ik daarop reeds in een vroeg stadium, uitgaande van mijn ervaring, ingespeeld en voorgesteld om van dit ziekenhuis een modelziekenhuis te maken. Dit Ziekenhuis moet binnen twee jaren na de opening selfsupporting zijn. En dat kan! Het voorstel werd gedaan om gaandeweg de bouw, allereerst de poliklinische ruimten te doen opleveren. Met de dienstverlening door de basisspecialisten te weten een internist, chirurg, gynaecoloog en kinderarts kon dan alvast worden aangevangen.
Er werd voorgesteld om vooraf duidelijke afspraken te maken met de overheidsziekenhuizen, ingeval operatief ingrijpen noodzakelijk zou zijn, opdat zulks in deze ziekenhuizen kon plaatsvinden. Het ziekenhuis zou hierdoor niet alleen in de gelegenheid zijn om alvast zijn inkomsten te genereren, doch ook de omwonenden alsook de bewoners van de aangrenzende districten zouden dan in de gelegenheid zijn gebruik te maken van de diensten van de specialisten.
Ik heb in mijn schrijven aan de autoriteiten heel duidelijk gemaakt dat dit ziekenhuis uitsluitend kans van slagen heeft bij de gratie buitenlandse specialisten. De stukken ter zake zijn er en liggen zowel op het Kabinet van de President als op het ministerie van Volksgezondheid zelf.
In mijn schrijven stelde ik eveneens voor om het z.g. “specialistenaandeel” bij de operationalisering van het ziekenhuis in Wanica af te schaffen voor dit ziekenhuis. Tijdens mijn periode in het Streekziekenhuis Nickerie heb ik zulks tevergeefs getracht te doen. Mijn opmerking dat het specialistenaandeel niet anders was dan een verkapte vorm van commissie voor specialisten, bij opnames van patiënten, werd mij niet in dank afgenomen. In hoeverre hiervan nog sprake is in de verschillende ziekenhuizen is mij helaas niet bekend.
Een andere zaak die ik eveneens te berde bracht is de positie van het Staatsziekenfonds. Het Staatsziekenfonds is in mijn ogen niet anders dan een zorgverzekeringsorganisatie die de ingehouden premies van de daarvoor in aanmerking komende rechthebbenden, aangevuld van de overheidsbijdrage alsook de premies van werknemers en het verschuldigde werkgeversaandeel van hun rechthebbenden beheert.
Reeds jaar en dag zijn er problemen vanwege het Staatsziekenfonds. Rekeningen van ziekenhuizen, specialisten en artsen en andere dienstverleners, zo die er zijn, kunnen helaas niet op tijd worden voldaan zoals het betaamt met alle gevolgen van dien. Waar ligt het aan? Hoe komt het dat jaar in jaar uit, het Staatsziekenfonds in financiële nood verkeert? Worden de ontvangen gelden door het Staatsziekenfonds op een oneigenlijke manier beheerd dan wel gebruikt?
Mij dunkt dat zodra de nieuwe Regering is aangetreden, in het belang van de gezondheidszorg en dus meer in het belang van de zieke mens, niet alleen het Staatsziekenfonds tot de bodem doorgelicht wordt, maar ook alle overheidsziekenhuizen. En in het verlengde daarvan alle Overheidsbedrijven c.q. Overheidsstichtingen. Het is niet onbekend dat het juist de overheidsbedrijven zijn, die subsidieverslindend zijn. Subsidies zijn belastinggelden en dus van het volk. U zult er mogelijk versteld van zijn als de resultaten zullen worden gepresenteerd en gepubliceerd.
Er zal een instantie in het leven moeten worden geroepen die tot taak zal moeten krijgen om alle overheidsbedrijven c.q. overheidsstichtingen grondig te doen doorlichten. Daarbij zal deze instantie ook tot taak moeten krijgen om controle op de diverse Raden van Commissarissen c.q. Stichtingsbesturen uit te oefenen.
Regering uw durf en daadkracht zullen meer dan ooit gewenst zijn voor de transparantie en openbaarheid van bestuur. Stelt U het volk niet teleur.
R. Paltantewari

OOK INTERESSANT
Vervolgbespreking OM met goudopkoop en – exportbedrijven over hoge concentratie kwikdamp boven Paramaribo