India komt massaal in opstand tegen de brandstofprijzen die een recordhoogte hebben bereikt. Het openbare leven werd grotendeels stil gelegd en demonstranten richten vernielingen aan.
22 politieke partijen organiseerden maandag, met de verkiezingen in het vooruitzicht, onder leiding van de Congress-partij de Bharat Bandh, het protest tegen wat zij noemen “het falen van de overheid om de stijgende brandstofprijzen, inclusief diesel en benzine, het hoofd te bieden.”
Pompstations werden in brand gestoken, staatsbussen en treinen werden vernield of bekogeld met stenen. In Gujarat, de geboortestad van premier Narendra Modi, werden 300 leden van Congress gearresteerd.
Wanneer in het verleden de internationale olieprijzen omhoog schoten, verlaagden vroegere regeringen de belastingen, maar tot nu toe heeft Modi dergelijke concessies niet gedaan.
Congressleider Rahul Gandhi zei dat het de schuld is van het beleid van de premier dat werknemers “geen licht zien aan het einde van de tunnel”, nu zij kaalgeplukt worden met stijgende prijzen, terwijl 15 tot 20 bedrijven alle voordelen plukken.