De universiteit van Ghana heeft een twee jaren oud standbeeld van Mahatma Gandhi verwijderd van de campus. Studenten en personeel vonden de aanwezigheid van het beeld ongepast, vanwege racistische uitlatingen die Gandhi gedaan zou hebben.
In zijn vroege geschriften verwees Gandhi vaak naar zwarte Zuid-Afrikanen met het uiterst kleinerende en beledigende scheldwoord kaffir.
Tijdens de periode die Gandhi in Zuid-Afrika doorbracht, moesten Indiërs gedwongen dezelfde ingangen te gebruiken als zwarte Afrikanen. Gandhi vond dat bijzonder verontrustend; hij maakte zich zorgen dat dit een slechte invloed zou hebben op de “beschaafde gewoonten” van Indiase immigranten.
Hij zei vaak dat hij vreesde dat Indiërs zouden worden “gedegradeerd tot de gewoonten van inheemse inboorlingen” en sprak zich sterk uit tegen het integreren van Indiërs met zwarten, omdat in zijn woorden Indiërs “oneindig superieur” waren aan zwarten.
Zwarte burgerrechtenleiders in en buiten Afrika wijzen het excuus af dat de opvattingen van Gandhi “een product van zijn tijd” zijn.
“Als we geen respect voor onze helden tonen, hoe kan de wereld ons dan respecteren? Dit is de overwinning voor zwarte waardigheid en zelfrespect. De campagne heeft zijn vruchten afgeworpen” zei Obadele Kambon, hoofd van taal, literatuur en drama aan het Instituut voor Afrikaanse Studies.