De herbenoeming van Maurice Roemer tot governor van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) tot 2032 heeft volgens DNL-voorzitter, ir. Dharm Mungra, tot verbijstering geleid binnen de samenleving én bij coalitiepartner NPS.
In een opiniestuk aan GFC Nieuws vraagt Mungra zich af of de NPS is afgescheept met een loze belofte – een ‘dooie mus’, fraai verpakt tijdens de coalitieonderhandelingen.
Hij schrijft hierover het volgende:
De Bankwet van 1956, fundamenteel aangepast in 2005 en recentelijk herzien, waarborgt de autonome positie van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) als monetaire autoriteit.
Toch blijkt in de praktijk dat benoemingen door de president ruimte laten voor politieke voorkeur.
Die realiteit wringt met internationale normen, die centrale banken juist een politiek onafhankelijke besluitvorming voorschrijven.
Geloofwaardigheid en monetaire stabiliteit laten zich immers niet rijmen met partijpolitieke belangen.
Hoewel de CBvS in haar missie integriteit, onafhankelijkheid en internationale standaarden hoog in het vaandel heeft, was de erosie van deze waarden onder de vorige NDP-regering, met Robert Hoefdraad als governor, pijnlijk zichtbaar.
De Centrale Bank werd destijds een verlengstuk van de regering, met desastreuze gevolgen voor vertrouwen en beleid.
In dat licht rijst de vraag: hoe verhoudt de huidige herbenoeming zich tot de idealen van goed bestuur en transparantie? En hoe heeft de NPS deze ontwikkeling kunnen toestaan, gegeven haar roep om hervorming en institutionele zuiverheid?
Vooralsnog lijkt de onderliggende spanningslijn in de coalitie niet opgelost.
Of deze benoeming een diplomatiek incident wordt, of het startschot voor principiële herpositionering binnen de regering, zal de tijd moeten uitwijzen.
Eén ding is duidelijk: in een democratie is de illusie van invloed zonder echte zeggenschap niet alleen frustrerend—maar gevaarlijk.

Shafely maakt deel uit van het freelance redactieteam van GFC Nieuws.
Contact: info@gfcnieuws.com of WhatsApp.