Het traditioneel gezag van marrons en inheemsen uit het binnenland kan veel meer bereiken voor hun eigen dorpen en ondernemers door een hechte eenheid te vormen en met gezamenlijke ontwikkelingsplannen te komen. Dit advies gaf Ashanti-koning Otumfuo Osei Tutu 11 aan de delegatie van granmans, hoofdkapiteins, kapiteins en basja’s tijdens een speciale vergadering in de Ballroom van hotel Torarica zondagmiddag.
Hij bedankte de regering voor de mogelijkheid om deze zeer belangrijke groep te kunnen ontmoeten vóór vertrek naar zijn land. Ook adviseerde hij om een platform in het leven te roepen van traditionele leiders, van zowel marrons als inheemsen die gezamenlijk optrekken en voorstellen doen aan de overheid.
Granman Albert Aboikoni is het eens met de adviezen van de Ashanti-koning. Hij nam deel aan de bespreking samen met collega-granman Jitashe Shedde van de inheemsen.
De Ashanti-koning zegt ervaren te hebben dat onderhandelingen tussen de regering en het traditioneel gezag vlotter verlopen wanneer het traditioneel zich bundelt. De eigen leiders hebben ook een bijdrage te leveren door hun gebieden in kaart te brengen, zelf initiatieven te ontplooien en de natuurlijke hulpbronnen zodanig te presenteren dat ook investeerders kunnen worden aangetrokken.
De Ashanti-koning bood aan om de structuur van het traditioneel gezag te bestuderen. Hierna stuurt hij een team terug met adviezen over hoe zij het doen in Ghana, waardoor zij successen hebben kunnen boeken in het brengen van ontwikkeling voor de dorpen.
Vooral op het gebied van ondernemerschap beloofde hij aan de voorzitter van vereniging binnenlandse houtproducenten, Paul Abiteng, om concrete voorstellen terug te sturen, hierdoor kunnen zij meer winst halen uit hun bedrijven.
Abiteng kreeg tijdens de meeting het woord om te praten namens de binnenlandse ondernemers die actief zijn in hout, goud en de toerisme-business. Zij hebben de behoefte aan technische en financiële ondersteuning.
Namens het traditioneel gezag bedankte granman Albert Aboikoni de regering die vertegenwoordigd werd door vicepresident Ashwin Adhin, minister Buza Yldiz Pollack-Beighle en minister RO, Edgar Dikan, die als dagvoorzitter fungeerde.(GFC)