Appels blijven ongekend populair in Surinaamse supermarkten

Appels

Je kunt ze bijna met gesloten ogen vinden in elke supermarkt in Suriname: rode, groene, kleine en grote appels, keurig uitgestald en opvallend vaak in de winkelwagentjes van klanten.

Dat Surinamers dol zijn op deze vrucht blijkt ook uit gesprekken die GFC Nieuws  op straat en in winkels heeft gevoerd in Paramaribo en Wanica. Wat maakt appels zo populair, ondanks hun relatief hoge prijs?

Volgens velen ligt het aan de aangename smaak die vaak wordt omschreven als fris en zoet. Daarnaast speelt gemak een grote rol.

Een appel kun je zonder veel moeite eten: je hoeft hem niet te schillen, er komt nauwelijks sap vrij en hij past makkelijk in een tas of lunchbox. Dat maakt de vrucht ideaal voor onderweg, tijdens werk of als snelle snack op school.

In vergelijking met bijvoorbeeld een mango die je vaak moet schillen, waarbij je vingers plakkerig worden en vezels achterblijven tussen de tanden, is de appel veel praktischer.

“Een appel eet je gewoon terwijl je wandelt of rijdt. Je hebt er geen bord of servet voor nodig,” zegt een winkelbezoeker.

Toch klinkt er ook teleurstelling: appels groeien niet in Suriname. Het klimaat is simpelweg te warm en vochtig voor appelbomen, die een koudere periode nodig hebben om vruchten te kunnen dragen.

In landen als Nederland doorlopen appelbomen een zogenoemde koude-rustperiode in de winter, die essentieel is voor bloei en vruchtvorming. Omdat Suriname die lage temperaturen niet kent, blijft lokale teelt onmogelijk.

Het gevolg is dat Suriname afhankelijk blijft van import, met name uit Europa, wat de prijs voor de consument opdrijft.

Desondanks blijft de vraag groot, wat aangeeft hoe geliefd deze simpele maar veelzijdige vrucht is onder Surinamers.