Een nieuw internationaal onderzoek laat zien dat afro-afstammelingen in Suriname en drie andere Zuid-Amerikaanse landen een belangrijke rol spelen bij het beschermen van de natuur.
Volgens de studie van Conservation International is de ontbossing op erkende afro-afstammingsgronden tot wel 55 procent lager dan gemiddeld.
Dit komt door de manier waarop deze gemeenschappen hun leefgebied beheren – met respect voor het bos en de biodiversiteit.
De onderzoekers bekijken gronden van afro-afstammelingen in Suriname, Brazilië, Colombia en Ecuador. In totaal gaat het om bijna 10 miljoen hectare.
Op deze gronden bevinden zich veel zeldzame dieren en planten. Meer dan de helft behoort zelfs tot de vijf procent meest biodiverse gebieden ter wereld.
Ook ligt er in de bossen op deze gronden een enorme hoeveelheid ‘niet-terugwinbare koolstof’ opgeslagen – koolstof die vrijkomt bij ontbossing en decennialang niet meer vastgelegd kan worden.
In Suriname benadrukt Hugo Jabini, leider van de Saamaka-gemeenschap, dat zijn volk al eeuwenlang harmonieus met het bos leeft.
“Wij beheren deze bossen vanuit cultuur en spiritualiteit. Dit onderzoek maakt eindelijk zichtbaar wat wij al lang weten,” zegt Jabini. Hij roept op tot meer erkenning en betrokkenheid van afro-afstammelingen bij besluitvorming over klimaat en natuur.
Ondanks hun bewezen bijdrage worden afro-afstammelingen nauwelijks gehoord op grote internationale bijeenkomsten, zoals de klimaattop COP30 die later dit jaar in Brazilië plaatsvindt.
De onderzoekers pleiten voor officiële erkenning van hun landrechten, financiële steun en meer zeggenschap over natuurbeleid.
Jennifer is hoofdredacteur bij GFC Nieuws.
Contact: jennifer@gfcnieuws.com of WhatsApp.