Korte tijd na de inauguratie van president Jennifer Simons begint het ongeduld onder de Surinaamse bevolking merkbaar toe te nemen.
Tijdens gesprekken in buurten, markten en werkplaatsen klinkt vaker de klacht dat er nog geen enkele verlichting voelbaar is in de financiële druk die velen dagelijks ervaren.
Mensen hadden gehoopt dat de prijzen van basisgoederen inmiddels zouden dalen en dat de kosten voor elektriciteit en water betaalbaarder zouden worden.
Analist R. Pinas zegt aan GFC Nieuws dat hij uit talloze gesprekken met personen van verschillende achtergronden de indruk krijgt dat men verwachtte dat de verandering vrijwel onmiddellijk merkbaar zou zijn.
“Er leeft sterk het idee dat binnen korte tijd de koopkracht toeneemt en dat gezinnen minder geld kwijt zullen zijn aan voeding en nutsvoorzieningen,” legt hij uit.
Die hoop is begrijpelijk, maar volgens hem ook gevaarlijk omdat het leidt tot teleurstelling.
Pinas geeft aan dat een president geen magische middelen heeft om de economie van de ene op de andere dag te herstellen.
Hij vergelijkt het met een zwaar beschadigd huis dat eerst moet worden gestut voordat er überhaupt sprake kan zijn van renovatie.
“Herstel van de staatsfinanciën, het aantrekken van investeringen en het opbouwen van vertrouwen bij burgers en ondernemers zijn trajecten die jaren kosten. Het idee dat dit binnen enkele maanden voelbaar is, berust niet op realiteit.”
Volgens de observator is het noodzakelijk dat de regering dit ook helder communiceert. Als verwachtingen te hoog worden opgeschroefd, dreigt onvrede alleen maar toe te nemen.
Hij wijst erop dat eerdere regeringen dezelfde fout maakten door snelle verlichting te beloven, terwijl structurele hervormingen tijd vragen.
Tegelijkertijd begrijpt hij de frustratie. De voortdurende hoge prijzen voor levensmiddelen, brandstof en vaste lasten drukken zwaar op gezinnen.
“Het volk ervaart dagelijks de pijn van de crisis. Maar alleen met geduld en consequente uitvoering van beleid kan er stap voor stap verbetering komen.”