De Verenigde Staten uiten stevige kritiek op India vanwege de grootschalige handel in goedkope Russische olie.
Volgens de Amerikaanse minister van Financiën, Scott Bessent, verdient India miljarden dollars door Russische olie met korting in te kopen en vervolgens als geraffineerde brandstof door te verkopen.
Hij noemt dit “onaanvaardbaar”, zeker zolang de oorlog tussen Rusland en Oekraïne voortduurt.
India importeert intussen zo’n 42% van zijn olie uit Rusland. Voor de oorlog was dat nog geen 2%.
Grote Indiase oliebedrijven kopen de goedkope ruwe olie, raffineren die, en verkopen diesel en benzine onder andere aan Europa.
Volgens schattingen bedraagt de extra winst voor India inmiddels zo’n 16 miljard dollar. Vooral bedrijven als Reliance en Nayara profiteren van de gunstige marges.
De Amerikaanse regering verhoogt de druk en kondigt vanaf eind augustus een forse importheffing van 50% aan op Indiase producten.
Volgens Washington helpt India op deze manier indirect de Russische economie overeind te houden. Bessent roept ook Europese landen op om geen brandstoffen meer af te nemen die via India uit Rusland komen.
India verdedigt zich fel. Volgens het ministerie van Buitenlandse Zaken is de oliehandel noodzakelijk om energiezekerheid voor 1,4 miljard mensen te garanderen.
Ook verwijst India naar eerdere Amerikaanse suggesties om Russische olie te blijven kopen, juist om een wereldwijde prijsschok te voorkomen.
De spanningen komen op een gevoelig moment. India probeert zijn strategische banden met zowel Rusland als de VS in balans te houden.
Maar als de druk toeneemt, moet het mogelijk kiezen tussen goedkope energie en stabiele handel met het Westen.