In een supermarkt in Paramaribo ontstond vorige week een verhitte discussie tussen een klant en een kassamedewerker over een potje mayonaise.
De vrouw wilde het product inruilen omdat ze bij thuiskomst na het openen een vreemde geur opmerkte en dacht dat het mogelijk bedorven was.
Volgens haar kon ze pas na het openen vaststellen dat de inhoud niet deugde. De medewerker van de winkel bleef echter bij het standpunt dat een geopend product niet geruild of teruggebracht kan worden.
Het voorval leidde tot een woordenwisseling midden in de winkel waarbij ook andere klanten toekeken.
De klant voelde zich onterecht behandeld en vond dat de supermarkt verantwoordelijkheid moest nemen voor mogelijk slechte waren.
De medewerker verwees echter naar de interne regels van het bedrijf: zodra de verpakking open is, is retourneren niet meer mogelijk.
Uit navraag van GFC Nieuws blijkt dat bij veel winkeliers in Suriname niet bekend is welke regels precies gelden voor het terugbrengen van geopende voedingsmiddelen.
Er lijkt geen breed gedeeld inzicht te bestaan over wat wettelijk wel of niet is toegestaan, waardoor elke winkel zijn eigen aanpak hanteert.
Dit gebrek aan duidelijkheid kan zorgen voor verwarring en spanningen tussen klant en verkoper.
Ter vergelijking: in Nederland zijn de regels iets duidelijker. Als een voedingsproduct na opening niet goed blijkt, heeft de consument recht op een vervangend product of terugbetaling, mits het vermoeden van bederf redelijk is en het product correct is bewaard.
Supermarkten daar zijn verplicht klachten serieus te nemen, vooral als het om voedselveiligheid gaat.
In het geval van de mayonaise in Paramaribo zou het wenselijk zijn dat de winkel het product had onderzocht en indien de klacht terecht bleek, uit coulance een oplossing had geboden.
Heldere richtlijnen voor dit soort situaties zouden in Suriname veel misverstanden en discussies kunnen voorkomen.

Jennifer is hoofdredacteur bij GFC Nieuws.
Contact: jennifer@gfcnieuws.com of WhatsApp.